Kabinet moet met visie op popmuziek komen
10-07-2015
Het kabinet moet met een plan komen om de positie van popmuziek te versterken. In het huidige beleid belandt popmuziek tussen het wal en het schip omdat zowel de cultuurhoek als de economische hoek elkaar de verantwoordelijkheid toeschuiven. Een motie van Esther Ouwehand die de regering oproept om een integrale visie op te stellen vanuit de ministeries van OCW, EZ en V&J, werd vorige week gesteund door een Kamermeerderheid.
Binnen popmuziek komen cultuur en ondernemerschap samen. De popmuzieksector staat bol van de zzp'ers en kleine ondernemers die hun geld verdienen in de culturele sector. Het huidige beleid heeft geen oog voor dit gespleten karakter, waardoor beleidsmakers zowel aan de culturele kant als aan de economische kant elkaar de verantwoordelijkheid hierover toespelen. Zo is er vanuit de Raad van Cultuur nauwelijks aandacht voor popmuziek, terwijl popmuziek met alleen al 500.000 amateurbeoefenaars veruit de best bezochte en meest beoefende vorm van cultuur is.
Om de positie van de popsector te versterken moet het kabinet, op initiatief van Esther Ouwehand, nu een integrale visie vanuit de ministeries van OCW, EZ en V&J opstellen. OCW omdat het onder andere verantwoordelijk is voor podiumbeleid en talentontwikkeling, EZ omdat het o.a. zorg draagt voor export, innovatie, ondernemerschap en subsidies, en V&J onder meer vanwege het auteursrecht.
Esther Ouwehand: "De popsector valt een beetje tussen de wal en het schip. Het is een ondergeschoven kindje in het cultuurbeleid. Zeer onterecht, het verdient juist een serieuze plek. Het is een sector die het goed doet, maar dat betekent niet dat je het kan verwaarlozen. inister Bussemaker doet alsof er niets nodig is. Bij popmuziek zijn er genoeg mensen die er wel hun boterham mee kunnen verdienen, maar veel ook niet. Dat moet je niet uit het oog verliezen."