Modelverordening gereed: aan de slag met kwaliteit VTH

03 juli 2015

De VNG en het IPO hebben een modelverordening opgesteld over kwaliteit voor de uitvoering van vergunningverlening, toezicht en handhaving. De verordening gaat over alle Wabo-taken en bevat output- en outcomedoelen. Gemeenteraden en Provinciale Staten leggen in een eigen verordening de kwaliteitsdoelen vast.

Met het model kunnen provincies en gemeenten op meer uniforme wijze de kwaliteit van de uitvoering van VTH-taken regelen. Ook is het de bedoeling dat de gemeenten en provincie die samenwerken in een RUD hun verordeningen op elkaar afstemmen, zodat de kwaliteit binnen een RUD gelijk georganiseerd wordt. De modelverordening is gebaseerd op de zogenoemde kwaliteitscriteria 2.1 over proces, opleidingen en doorlooptijden. Deze criteria worden in de praktijk al breed toegepast.

In de modelverordening staat horizontaal toezicht centraal: gemeenteraden en Provinciale Staten zien toe of de kwaliteitsdoelen worden gehaald.

Verordening als alternatief voor wettelijke kwaliteitseisen Het kabinet was eerder voornemens om bij wet kwaliteitscriteria vast te leggen, maar zag daar vanaf op basis van adviezen van professor Elzinga en de commissie-Wolfsen. De VNG en het IPO hebben als alternatief de modelverordening opgesteld, zodat er wel een uniforme werkwijze ontstaat.

Zelf verantwoordelijkheid nemen

Isabelle Diks, waarnemend voorzitter van de VNG-commissie Milieu, Energie en Mobiliteit, is tevreden met het resultaat: "Gemeenten en provincies nemen in een verordening zelf verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van de uitvoering. Dat werkt beter dan wanneer eisen van bovenaf worden opgelegd."

Nu al aan de slag

In de modelverordening staat een verwijzing naar het wetsvoorstel VTH. "Het wetsvoorstel is nog in behandeling bij de Tweede Kamer, maar gemeenten en provincies kunnen nu al aan de slag. Zo kunnen ze nog dit jaar hun verordening vaststellen," aldus Rik Janssen, gedeputeerde Zuid-Holland en IPO-portefeuillehouder.