Minder afstotingsreacties bij niertransplantatiepatienten

Minder afstotingsreacties bij niertransplantatiepatienten (Promotie)

Datum vrijdag 3 juli 2015

Tijd vanaf 12:30

Locatie Academiezaal Aula, Comeniuslaan 2

Faculteit Faculteit der Medische Wetenschappen

Promovendus de heer drs. M.W.F. van den Hoogen

Promotor(es) De heer prof. dr. L.B. Hilbrands, De heer prof. dr. A.J. Hoitsma

Copromotor(es) Mevrouw dr. M.C. Baas

Subtitel Anti-T and anti-B cell therapy in renal transplantation

Beschrijving

Voor patienten met ernstig nierfalen biedt een niertransplantatie de beste kans op verbetering van de kwaliteit van leven en de levensverwachting. Een acute afstotingsreactie is een mogelijk risico.

Van den Hoogen bekeek of anti-B cel therapie acute afstotingsreacties kon voorkomen. Een eenmalige gift rituximab of placebo werd toegevoegd aan de standaard anti-afstotingsmedicatie (drie verschillende medicijnen) in een groep van 280 niertransplantatiepatienten. Nog nooit eerder werd aan zoveel niertransplantatiepatienten rituximab gegeven en hiermee is dit Nijmeegse onderzoek het grootste ter wereld. De behandeling leidde echter niet tot minder afstotingsreacties. In een vooraf gedefinieerde groep patienten was rituximab wel effectief. Het betrof hier een groep patienten die ofwel veel antistoffen tegen de donornier hadden, of een tweede, derde of vierde niertransplantatie ondergingen. De kans op afstoting verminderde in deze groep van 38,2 naar 17,9 procent. Patienten die met rituximab werden behandeld hadden weinig bijwerkingen en er was geen toename van infecties. Rituximab lijkt een beschermend effect te hebben bij een specifieke groep transplantatiepatienten. Dit gunstige effect op de korte termijn heeft echter (nog) niet geleid tot een verbetering van de lange termijn transplantaat- of patientoverleving.

Biografie

Martijn van den Hoogen (1981) studeerde Geneeskunde in Nijmegen. Na het behalen van zijn artsexamen in 2005, begon hij in 2006 met de opleiding tot internist in het Radboudumc en het Jeroen Bosch Ziekenhuis. Bovenstaand onderzoek voerde hij uit op de afdeling Nierziekten van het Radboudumc, binnen het onderzoeksinstituut RIMLS. Sinds eind 2014 werkt hij als internist-nefroloog in het ErasmusMC.