In hoger beroep 4,5 jaar celstraf geeist voor mensenhandel
23 mei 2015 - Ressortsparket
De advocaat-generaal in Arnhem (zitting in Zwolle) heeft in hoger beroep een gevangenisstraf van 4,5 jaar geeist tegen een 28-jarige man uit Epe die zich ten aanzien van twee uiterst kwetsbare jonge vrouwen schuldig heeft gemaakt aan mensenhandel.
Een van de vrouwen deed in de zomer van 2011 aangifte van oplichting en bedreiging met geweld tegen de verdachte. De vrouw vertelde toen onder meer dat zij duizenden euro's schuld had opgebouwd door een reeks telefoonabonnementen die zij voor de verdachte moest afsluiten. In een latere
verklaring gaf de vrouw aan dat zij door de verdachte in Groningen in de prostitutie te werk is gesteld en op die manier geld voor hem moest verdienen. Zij zag geen andere uitweg om de telefoonabonnementen te bekostigen en durfde de zich agressief gedragende verdachte bovendien niet teleur te
stellen. Slachtoffer en verdachte hadden elkaar leren kennen nadat de vrouw in elkaar was geslagen door haar ex-vriend en de verdachte zich opwierp als haar beschermer.
Ruim een jaar later volgde een tweede aangifte tegen de verdachte, gedaan door de bewindvoerder en mentor van het tweede (verstandelijk beperkte, aan drugs verslaafde) slachtoffer. Zij heeft circa 5 maanden voor hem in de prostitutie gewerkt en moest al haar verdiensten aan hem afstaan. De
verdachte liet haar door heel Nederland werken.
Volgens de advocaat-generaal heeft de verdachte misbruik gemaakt van zijn overwicht op de vrouwen en hun kwetsbare positie. De aanklager in hoger beroep rekent de verdachte zwaar aan ,,dat hij geen enkel inzicht heeft getoond in zijn handelen, geen enkele medewerking aan het onderzoek - ook
niet naar zijn persoonlijkheid - heeft verleend en geen berouw of zelfs maar compassie heeft getoond aan de beide slachtoffers, terwijl hij hen ernstig leed heeft aangedaan, waarvan zij de gevolgen nog lang moeten dragen.'' Pas op de zitting van het hof, bijna twee jaar na zijn aanhouding en
na vele zittingen bij de rechtbank en het hof, heeft de verdachte een verklaring afgelegd, waarbij hij de verklaringen van de slachtoffers en de andere bewijsmiddelen zonder nadere onderbouwing heeft bestreden.
De rechtbank legde de verdachte 3 jaar gevangenisstraf op. De verdachte ging tegen dit vonnis in hoger beroep. De advocaat-generaal benadrukte dat de verdachte al twee keer eerder is vervolgd voor mensenhandel. Een zaak eindigde in een vrijspraak, de andere in een veroordeling. De
advocaat-generaal: ,,Toch gaat de verdachte gewoon door. Het lijkt erop dat mensenhandel en pooierschap vaste elementen in het leven van de verdachte zijn geworden.'' De verdachte had bij velen in zijn omgeving een reputatie als loverboy. Dit specifieke strafrechtelijk verleden is volgens de
advocaat-generaal een strafverzwarend element in de huidige zaak.
Naast de gevangenisstraf vorderde de advocaat-generaal in navolging van de rechtbank de toekenning van een schadevergoeding van ruim 30.000 euro aan een van de slachtoffers.
Het gerechtshof doet uitspraak op 5 juni.
Deel dit op
*