Convenant woonplaatsbeginsel sociaal domein ondertekend


De vijf gemeenten in de regio Zuidoost Utrecht hebben het convenant woonplaatsbeginsel opgesteld en ondertekend. Aanleiding zijn de nieuwe verantwoordelijkheden die de gemeenten sinds dit jaar hebben op het gebied van ondersteuning (Wmo) en jeugdhulp. In het convenant zijn afspraken vastgelegd
zodat lokale teams snel en effectief kunnen werken, over gemeentegrenzen heen. Zo krijgt de inwoner snel en dichtbij de hulp die nodig is en doen we geen dubbel werk.

Ondertekenaars

Het convenant is nu getekend door Bunnik, De Bilt, Utrechtse Heuvelrug, Wijk bij Duurstede en Zeist. Het staat open voor ondertekening door andere gemeenten in Nederland.

Voordelen voor inwoners

Inwoners hebben recht op goede zorg, zo dicht mogelijk bij huis. Door het convenant woonplaatsbeginsel bekijken betrokken gemeenten per zorgvraag welke gemeente formeel verantwoordelijk is en welke gemeente praktisch verantwoordelijk is. Als het bijvoorbeeld om jeugdhulp voor een kind van
gescheiden ouders gaat bekijken de gemeenten waar het kind in de praktijk het meeste woont en het sociale netwerk het meest actief is. Op die plek organiseren gemeenten de benodigde hulp. Zo geven ze in de praktijk uitvoering aan het principe: zorg dichtbij.

Voordelen voor lokale teams

Door de hulp snel en dichtbij te organiseren, wordt het werk voor de lokale teams ook efficienter met deze afspraken. Bijvoorbeeld: de gemeente Utrechtse Heuvelrug is formeel verantwoordelijk voor de jeugdhulp voor een kind van gescheiden ouders. Het hoofdverblijf is bij moeder in de Utrechtse
Heuvelrug, maar het kind woont in de praktijk vooral bij vader in Bunnik. Het lokale team van de Utrechtse Heuvelrug beoordeelt waar de hulp het beste georganiseerd kan worden. Als dat in de gemeente Bunnik is omdat het kind daar het meeste woont, sport en leeft, dan gaat het lokale team in
Bunnik aan de slag met de organisatie van de hulp. Zij kennen immers de lokale situatie en mogelijkheden het beste.

De gemeente Utrechtse Heuvelrug zorgt voor de formele afhandeling en financiering van de hulp. Afspraken hierover zijn uitgewerkt in het convenant.

Doordat deze afspraken zijn vastgelegd hoeft niet bij elke casus over gemeentegrenzen heen een oplossing worden gezocht voor de eventueel negatieve uitwerking van het woonplaatsbeginsel, omdat gemeenten onderscheid maken tussen formeel en praktisch verantwoordelijke gemeenten. Voorheen waren
dergelijke afspraken er niet, wat soms leidde tot onduidelijkheid en discussie over hoe de zorg te organiseren. Het convenant biedt handvatten voor een efficiente organisatie van zorg dichtbij.

Aansluiten?

Het convenant staat open voor ondertekening door andere gemeenten.

te downloaden

* Convenant praktische afspraken na toepassing woonplaatsbeginsel jeugd en Wmo.pdfpdf(506,45 KB)Lees voor