Toekomst Nederlandse religiewetenschap en theologie afhankelijk van heroriëntatie en krachtige samenwerking
21 mei 2015
Toekomst Nederlandse religiewetenschap en theologie afhankelijk van heroriëntatie en krachtige samenwerking
Er moet scherp aan de wind gezeild worden om de Nederlandse religiewetenschap en theologie in de toekomst goed op de kaart te houden. De beide velden worstelen al twintig jaar met bezuinigingen en versnippering. Kwaliteit en relevantie dreigen daardoor in gevaar te komen. Nodig is een heldere visie op de rol in de samenleving, en meer samenhang en samenwerking in onderzoek en onderwijs. Dat kan worden bereikt via de ontwikkeling van een gezamenlijke onderzoeksagenda met een duidelijk thema. Deze aanbevelingen komen uit het rapport Klaar om te wenden, een verkenning van de academische studie van religie in Nederland, in opdracht van de KNAW.
De KNAW Verkenningscommissie theologie en religiewetenschappen onder leiding van prof. Ed Noort heeft op basis van onderzoek naar de huidige situatie aanbevelingen gedaan om de toekomst van genoemde vakgebieden te waarborgen.
In schril contrast met de rijke wetenschappelijke traditie en de recent toegenomen maatschappelijke relevantie en actualiteit (denk aan positie islam en allerlei nieuwe verschijningsvormen van religie) missen deze velden grotendeels de aansluiting bij het huidige maatschappelijke debat. De ingrijpende universitaire reorganisaties en bezuinigingen sinds ruwweg 1989 helpen daarbij niet, maar het veld zelf blijkt ook moeilijk tot verandering bereid.
Verschillen tussen theologie (object van studie is het denken over God van welke religie dan ook) en religiewetenschappen (studie richt zich op breed terrein van religieuze culturen en praktijken) hoeven volgens de KNAW Verkenningscommissie een betere samenwerking niet in de weg te staan. Ze kunnen elkaar versterken en ook gezamenlijk bepaalde bedreigingen proberen af te wenden. Bijvoorbeeld de afnemende ruimte voor de studie van kleine talen, noodzakelijk voor het bestuderen van bronmateriaal van veel religies.
Op basis van diepte-interviews en klankbordbijeenkomsten is de KNAW-commissie hoopvol gestemd dat het veld een nieuwe, toekomstbestendige koers kan uitzetten. Er is een breed gedeeld gevoel van urgentie dat er nu echt iets moet gebeuren. Daarvoor is meer samenwerking nodig op basis van een visie op de gewenste rol in wetenschap en samenleving. De commissie stelt voor om vanaf september 2015 een serie bijeenkomsten te organiseren bij het NIAS-KNAW in Wassenaar. Daarop zouden vertegenwoordigers van beide velden kunnen werken aan een gezamenlijke onderzoeksagenda met een duidelijk thema. Dat zou volgens de verkenningscommissie ‘geleefde religie’ kunnen zijn. Dat onderwerp sluit aan bij de beleving van religie in de dagelijkse praktijk, zowel in het heden als in het verleden.
Een nog op te richten Netherlands Academy of Religion waarin onderzoekers uit alle geledingen samenkomen, lijkt de commissie een geschikte organisatievorm om een dergelijk breed onderzoeksprogramma uit te voeren.
Het rapport Klaar om te wenden en de samenvatting kunt u downloaden of bestellen via de website van de KNAW.