KNMI op poolexpeditie met metingen van luchtvervuiling
21 mei 2015 - Eind augustus vertrekken de KNMI-onderzoekers Olivier Andry en Richard Bintanja op expeditie naar Spitsbergen om daar de concentraties stikstofdioxide en aerosolen te bepalen. Deze stoffen worden door de wind vanuit de gematigde breedtes naar het Arctische gebied getransporteerd
Het Maxdoas-instrument waarmee stikstofdioxide en aerosolen worden gemeten wordt aan boord van het schip Ortelius waterpas gemonteerd (foto: Richard Bintanja, KNMI)
Het Maxdoas-instrument waarmee stikstofdioxide en aerosolen worden gemeten wordt aan boord van het schip Ortelius waterpas gemonteerd (foto: Richard Bintanja, KNMI)
Satellietmetingen laten dit zien, maar om meer inzicht te krijgen in het transport zijn ook nauwkeuriger grondmetingen nodig. Door alle metingen met elkaar en met weer- en chemiemodellen te combineren kan de hoeveelheid luchtvervuiling in de Arctic beter in kaart worden gebracht.
De voorbereidingen voor de expeditie zijn inmiddels in volle gang. Onderzoekers van het KNMI hebben de afgelopen maanden de gespecialiseerde spectrometer en zonfotometers waarmee luchtvervuiling wordt gemeten klaargemaakt voor de Arctische omstandigheden. Deze week zijn de instrumenten in de
haven van het Zeeuwse Hansweert aan boord gebracht van de Ortelius, het schip dat naar het Arctisch gebied zal varen. De spectrometer is bovenop het schip gemonteerd zodat het instrument al tijdens de vaartocht metingen kan doen.
De grijze kast van het KNMI is een instrument dat de beweging en positie van het schip volgt (foto: Richard Bintanja, KNMI)
De grijze kast van het KNMI is een instrument dat de beweging en positie van het schip volgt (foto: Richard Bintanja, KNMI)
De expeditie, georganiseerd door het Arctisch Centrum van de Rijksuniversiteuit Groningen met de naam SEES (Netherlands Scientific Expedition Edgeo/ya Spitsbergen), betreft een 10-daagse vaartocht in augustus met de Ortelius door de archipel van Spitsbergen naar het eiland Edgeo/ya. Behalve de
twee KNMI-onderzoekers gaan nog een 60-tal andere Nederlandse onderzoekers mee, uit allerlei vakgebieden, zoals biologie, menskunde, archeologie en glaciologie. Ook NOS-weerman Peter Kuipers Munneke reist mee om verslag te doen van de expeditie.
De deelname van KNMI-onderzoekers aan deze poolexpeditie markeert de langjarige betrokkenheid van het KNMI bij polair onderzoek. De expeditie is mogelijk gemaakt door de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) om poolonderzoekers te stimuleren tot samenwerking en daarbij
een breed publiek te betrekken.
Eerste uitgave: 21-05-15