Zijn leven lang bleef Gestel op de hoogte van de nieuwste ontwikkelingen in de kunst. Hij liet zich inspireren door het pointillisme, fauvisme, kubisme en futurisme. Zijn felgekleurde landschappen en provocerende naakten van rond 1910 waren ongekend en veroorzaakten grote opschudding in de Amsterdamse kunstwereld. In de periode 1911-1913 maakte Gestel talrijke portretten en bloemstillevens waarin hij het kubisme en futurisme samenbracht. De kubistische landschappen die Gestel in 1914 op Mallorca schilderde vormen een volgend hoogtepunt in zijn werk.

Museumdirecteur Jan Rudolph de Lorm: "Gestel heeft altijd in de schaduw gestaan van zijn soulmates Mondriaan en Sluijters. Toch wordt hij door kenners beschouwd als de mooiste modernist. Gestel was een compromisloze idealist die buitengewoon zuivere kunst heeft voortgebracht. Hij zocht onophoudelijk naar nieuwe manieren om de zichtbare werkelijkheid naar zijn hand te zetten. Met name zijn kubistisch-futuristische kleur- en vormexplosies zijn ongeevenaard in de Nederlandse moderne kunst."

Gestel deed regelmatig inspiratie op in het buitenland. Parijs, Mallorca, Duitsland, Italie en Vlaanderen wisselde hij af met Amsterdam, Laren, Bergen en De Beemster. In Amsterdam leidde Leo Gestel een bohemien kunstenaarsbestaan. In oktober 1904 betrok hij een atelier op de 'Jan Steenzolder'. Een pand in de Tweede Jan Steenstraat waar schilders, schrijvers en musici samenkwamen. Na een atelierbrand in Bergen in 1929 vestigde Gestel zich tenslotte in Blaricum. Daar tekende hij in een nieuwe, expressieve stijl talloze mensbeelden en winterse landschappen.

Bij de tentoonstelling is een rijk geillustreerde publicatie van 176 pagina's uitgebracht door Uitgeverij THOTH in Bussum.

De overzichtstentoonstelling van Leo Gestel is te zien t/m 7 juni 2015.