Vandaag organiseert de Omgevingsdienst het Bestuurlijk symposium Omgevingswet voor de deelnemers. Doel van deze bijeenkomst is hen te informeren over de Omgevingswet, maar ook gezamenlijk van gedachten te wisselen over het implementatieproces.

Hoewel de details nog niet zijn uitgekristalliseerd, is duidelijk dat het ruimtelijk domein volledig op de schop gaat. De impact van de Omgevingswet wordt vaak vergeleken met die van de decentralisaties in het sociale domein. Deze ontwikkeling had gevolgen voor het juridisch kader, het instrumentarium en daarmee de werkprocessen. Een dergelijke ingrijpende wijziging wordt ook verwacht in het domein van de fysieke leefomgeving. Een instrument als het bestemmingsplan verdwijnt bijvoorbeeld.

Doordat de Omgevingswet uitgaat van een integrale benadering van de fysieke leefomgeving, raakt deze veel verschillende beleidsvelden bij provincies en gemeenten en heeft daarmee organisatorische gevolgen. Daarnaast heeft de Omgevingswet ook breder impact op relaties tussen provincies, gemeenten, private partijen en de omgevingsdiensten.

Naar verwachting treedt de Omgevingswet niet in werking voor 2018. Hoewel 2018 nog ver weg lijkt, groeit het inzicht dat de implementatie ervan een grote opgave is. Het is dan ook zaak tijdig een visie te ontwikkelen op de invoering van de Omgevingswet.

Als uitvoeringsorganisatie voor milieu en duurzaamheid, raakt de Omgevingswet de omgevingsdiensten voor 100%. Daarom orienteert ook de Omgevingsdienst West-Holland zich op de implementatie van de Omgevingswet. In dit verband organiseert de Omgevingsdienst op 11 mei 2015 het Bestuurlijk symposium Omgevingswet.