Nieuwsbericht | 07-05-2015

Nederland heeft een wezenlijk aandeel gehad bij het opzetten van een moderne en goed uitgeruste inlichtingenketen in Mali. Dit schrijft het kabinet vandaag aan de Kamer in de tussentijdse evaluatie van de Nederlandse bijdrage aan de VN-missie in Mali (MINUSMA). Het kabinet zal later dit jaar mede op basis van deze evaluatie een besluit nemen over verlenging of beeindiging van (delen) van de Nederlandse bijdrage vanaf eind 2015.

Mede dankzij de Nederlandse bijdrage is een groot aantal inlichtingenrapporten geproduceerd. Die helpen de Speciaal Vertegenwoordiger van de Secretaris-Generaal van de VN bij de onderhandelingen over het Malinese vredesproces en helpen de Force Commander bij het plannen van zijn operaties. Ook de civiele onderdelen van de missie maken dankbaar gebruik van de inlichtingen, bijvoorbeeld bij het opstellen van strategieen voor bescherming van burgers.

Het inlichtingenconcept dat Nederland mede heeft ontwikkeld - de All Sources Information Fusion Unit (ASIFU) - is nieuw voor een VN-missie. In deze beginfase van de missie heeft ASIFU zich binnen de missie moeten positioneren en is gewerkt aan betere afstemming met andere onderdelen in de missie die een analyse-rol vervullen. De mate waarin de producten worden gebruikt bij de planning van inzet van VN-troepen zal de komende periode nog verder verbeteren.

Het deelnemen aan een VN-missie heeft volgens het kabinet aanpassingsvermogen van Nederland gevergd, omdat de manier van opereren verschilt van die in de EU- en NAVO-missies waaraan Nederland de afgelopen jaren heeft deelgenomen. De Nederlandse deelname aan MINUSMA biedt kansen VN-missies te moderniseren. Ook hoopt het kabinet dat Nederland hiermee andere Europese landen inspireert actiever te gaan bijdragen aan VN-missies.

Naast inlichtingen voorziet Nederland de missie van kwalitatief hoogwaardige capaciteiten zoals speciale eenheden, een ISR-compagnie (intelligence, surveillance, reconnaissance) en helikopters. De Nederlandse eenheden, in totaal ongeveer 450 militairen, zijn hoofdzakelijk ingezet voor het verzamelen van inlichtingen. Daarnaast voerden zij andere belangrijke taken uit voor de missie, zoals medische evacuatie en het beveiligen van bezoeken van politici in het kader van de vredesonderhandelingen.

De Nederlandse bijdrage is hoofdzakelijk militair van aard en bestaat daarnaast uit twintig politiefunctionarissen en zeven civiele experts. Bovendien sluit het ontwikkelingssamenwerkingsprogramma van Nederland en Mali goed aan bij het werk van MINUSMA, met name op het gebied van veiligheid en rechtsorde.

Het kabinet meldt dat de veiligheidssituatie in Mali de afgelopen periode in belangrijke delen is verslechterd en dat er regelmatig aanslagen zijn op VN-bases en konvooien. Daarvoor hebben de VN en Nederland extra veiligheidsmaatregelen getroffen. De inspanningen van de internationale gemeenschap blijven er op gericht de Malinese partijen aan boord te krijgen voor een duurzaam vredesakkoord. De oplossing voor de problematiek in Mali zal immers via politieke weg gevonden moeten worden.

Minister Koenders heeft van Samantha Power, de Amerikaanse ambassadeur bij de NAVO, veel waardering gekregen voor de unieke bijdrage van Nederland aan MINUSMA.