In hoger beroep 14 jaar geeist voor schietpartij Amsterdam-West


De advocaat-generaal (OM) in Amsterdam heeft in hoger beroep 14 jaar geeist tegen een 31-jarige man wegens het doodschieten van een 34-jarige man, het schieten op een aantal anderen en verboden wapenbezit. De schietpartij deed zich voor in Amsterdam-West op 27 december 2013.

De verdachte bevond zich op de bewuste avond in een cafe. Daar werd hij op zeker moment benaderd door twee mannen, met wie hij kort daarop het etablissement verliet. Buiten volgde een gesprek. Een van de mannen wenkte een auto, die met gedoofde lichten op de mannen afreed. Uit de auto, een
Opel Vectra, stapten twee mannen, die op de verdachte en zijn gesprekspartners afliepen. Onder hen ook het latere slachtoffer.

De verdachte heeft verklaard dat het latere slachtoffer een vuurwapen trok, waarop de verdachte naar zijn eigen vuurwapen greep en een kogel afvuurde. Deze raakte het slachtoffer in het hoofd; de man bezweek die nacht in een ziekenhuis aan zijn verwondingen. Getuigen hebben verklaard dat de
verdachte schrok toen hij het latere slachtoffer aan zag komen lopen. Volgens de verdachte zijn aan de schietpartij bedreigingen aan zijn adres voorafgegaan.
Enkele ogenblikken na het lossen van het schot heeft de verdachte in een straat verderop nog zes keer geschoten op de Opel Vectra, waarin zich vier mannen bevonden, onder wie de twee die hem in het cafe hadden aangesproken. Daarbij werd niemand geraakt.

Bij het slachtoffer is geen vuurwapen gevonden. Op de vluchtroute van de auto zijn een doorgeladen wapen en een patroonhouder aangetroffen, maar daarop zaten geen sporen die tot het slachtoffer te herleiden waren.
De rechtbank achtte niet uitgesloten dat er sprake is geweest van een noodweersituatie, zoals die door verdachte was geschetst. Zij ontsloeg de man van rechtsvervolging voor wat betreft het dodelijke schot. Zij veroordeelde de verdachte tot vijf jaar gevangenisstraf voor het schieten op de
auto (poging tot doodslag, meermalen gepleegd). Het OM ging tegen het vonnis in beroep. De advocaat-generaal meent dat er geen sprake is van noodweer of noodweerexces.
Het hof doet (naar verwachting) uitspraak over twee weken.

Deel dit op

*