Tweede Voortgangsrapportage TSD legt focus op het arbeidsmarktbeleid en inkoop
Nieuwsbericht | 04-05-2015
Vijf inspecties in het sociaal domein is teveel, vorm een organisatie met een benaderingswijze en een governance
De Transitiecommissie Sociaal Domein (TSD) heeft haar tweede voortgangsrapportage opgeleverd aan minister Plasterk. In deze rapportage staan arbeidsmarktbeleid en inkoop centraal. De TSD voorziet een kwalitatieve opgave binnen zorg en ondersteuning. Daarnaast pleit de TSD wat inkoop betreft voor de focus op een duurzame relatie tussen gemeenten en aanbieders, met concrete afspraken over innovatie. Als het gaat om toezicht constateert de TSD dat er nu vijf landelijke inspecties zijn, die zich richten op twee hoofdtaken: handhaving en stelseltoezicht. De TSD roept de inspecties op om in het sociaal domein te kiezen voor een benaderingswijze en een organisatievorm met een governance.
Van vijf landelijke inspecties naar een gezamenlijk aanpak
In het sociaal domein zijn vijf landelijke inspecties actief in het sociaal domein met twee hoofdtaken: handhaving (nalevingstoezicht) en stelseltoezicht. Zij houden toezicht op de uitvoeringspraktijk van instellingen. Rijkstoezicht blijft nodig voor borging van de kwaliteit en toezicht op de instellingen. De TSD roept de inspecties op om in het sociaal domein te kiezen voor een benaderingswijze en een organisatievorm met een governance, waardoor gemeenten worden benaderd door een vertegenwoordiging van de inspecties met uniforme bevoegdheden en verantwoordelijkheden. Gemeenten worden opgeroepen hun nieuwe toezichtstaak voor de WMO snel en adequaat vorm te geven en de transformatie aan te grijpen om dit te koppelen aan andere domeinen.
Inkoop: focus op duurzaam partnerschap
Gemeenten leverden bij de eerste inkoopronde van tweedelijns hulp een indrukwekkende prestatie. Focus lag voor 2015 op het kunnen garanderen van zorgcontinuiteit. Uit de eerste evaluaties blijkt dat de bezuinigingsdoelstelling kon worden gehaald door te korten op tarief en - in mindere mate - op volume. De transformatie staat echter nog in de kinderschoenen. Daardoor kan een herhaling van de zorginkoop ontstaan waardoor er ook in 2016 weinig verandert. Dat vindt de TSD een gemiste kans. Voor transformatie is een gezamenlijke stip op de horizon nodig. Een duurzame relatie met aanbieders , een gezamenlijke visie en concrete afspraken over innovatie zijn daarin een vereiste. Dat kan het inkoopproces versnellen en verbeteren. Van zorgaanbieders wordt in de nieuwe ronde gevraagd kennis van de lokale praktijk te hebben, met oog voor de brede opgave, niet productie gestuurd te werken en integrale arrangementen aan te bieden. De TSD dringt er op aan het proces nu te starten. Alleen op die manier kan daadwerkelijk de basis worden gelegd voor echt partnerschap.
Samenwerking nodig
De TSD roept aanbieders, zorgverzekeraars en gemeenten op om de samenwerking voorop te stellen in het belang van een efficient zorgaanbod voor de burger. De TSD ontvangt signalen over afwentelgedrag tussen de verschillende poortwachters. Burgers zijn hiervan de dupe en dat kan niet. Rijk en gemeenten moeten met elkaar investeren in het verkrijgen van een compleet beeld in de zorgvraag en -aanbod zonder te snel conclusies te trekken. Het voortdurend veranderen van het speelveld belemmert de innovatie.
Gemeenten: autonomie gaat samen met harmonisering
Gemeenten hebben door de decentralisatie de ruimte om hun aanbod zorgvuldig op de vraag van de eigen burgers te laten aansluiten. Sterker nog, maatwerk en vernieuwing is de bedoeling. Dit hoeft echter niet te betekenen dat gemeenten onderling hun producten en aanbod niet kunnen harmoniseren. Een te grote diversiteit aan producttypen en (declaratie-) systemen heeft grote gevolgen voor de registratie, facturering en monitoring . Dit signaal is niet alleen ingegeven door de groeiende administratieve lasten (en de kosten daarvan), maar ook door het inzicht dat efficiency en effectiviteit erbij gebaat zijn. De TSD roept gemeenten op om gebruik te maken van uniforme systemen voor gegevensuitwisseling, het vaststellen van een beperkt aantal prestatie-indicatoren en een standaard voor de manier van rapporteren.
Transitie huishoudelijke hulp aangrijpen voor nieuwe perspectief
De TSD constateert dat bezuinigingen op de huishoudelijke hulp verlies en verschuiving van werkgelegenheid met zich mee brengt. Tegelijkertijd levert het mogelijkheden op voor innovatie, in de publieke en private sector, en brengt het nieuwe typen van werkgelegenheid met zich mee. Om deze arbeidsmarkteffecten te begeleiden, die voor instellingen en hun werknemers diep zal ingrijpen, adviseert de TSD het kabinet met de sector en gemeenten in gesprek te gaan over een gezamenlijk op te stellen werkagenda. Ook om te voorkomen dat werknemers afvloeien, die straks hard nodig zijn.
De Transitiecommissie Sociaal Domein
De TSD is vorig jaar door het kabinet opgericht om een vinger aan de pols te houden in het kader van de decentralisaties in het sociaal domein. TSD bestaat uit Han Noten (voorzitter), Doekle Terpstra (tevens voorzitter Interventieteam Langdurige Zorg), met Marjanne Sint als agendalid (vanuit de Transitie Autoriteit Jeugd). Het derde commissielid Marian Kaljouw (tevens voorzitter van de commissie Innovatie zorgberoepen en opleidingen) is per 1 juni benoemd tot voorzitter van de Raad van Bestuur van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa), en zal om die reden de TSD verlaten. Naar de invulling van de ontstane vacature wordt op dit moment gekeken. De TSD rapporteert aan de Regietafel Decentralisaties waarin de vier direct betrokken ministeries (BZK, VWS, SZW en V&J) , gemeenten en de VNG zitting hebben.