Financien Lawei-Meldij naar raad
Geplaatst: 1-5-2015
Conclusie: het doel wordt op een haar na gehaald
Het college van b en w stuurt vandaag een voorstel aan de gemeenteraad over de financiele stand van zaken van de vernieuwbouw van de Lawei en de invoeging van de Meldij in de Lawei. Conclusie: het doel wordt op een haar na gehaald en het proces wordt afgemaakt binnen de met de raad afgesproken
financiele kaders. We zien dat er sprake is van een sluitende (meerjaren)exploitatie voor De Lawei, met een subsidie die past binnen onze budgetten en met een garantstelling voor een lening die het college verantwoord en verstandig vindt. De frictiekosten voor de Meldij komen uit op het
beschikbare budget. De eerdere keuze om de Meldij langer open te houden tot 1 september 2016 geeft inhoud aan goed werkgeverschap en inhoudelijke borging van cultuureducatie. Dat vraagt eenmalig EUR 297.000 miljoen. Op een totale gemeentelijke projectbijdrage van EUR 13,3 miljoen komt dat neer
op 2,3% extra.
Het gaat om verschillende geldstromen.
1. De vernieuwbouwsubsidie aan De Lawei
De investering van EUR 19 miljoen is voor EUR 13,3 miljoen gedekt door de gemeente. Daarnaast investeren de provincie en De Lawei zelf in het project. Na het hervatten van de bouw in december 2014 door aannemer Friso bleek al snel dat de kosten hoger uitvielen dan verwacht. Meer meerwerk zorgt
voor tegenvallers. De Lawei heeft daarom versoberd. De kosten in het project vallen nu naar verwachting tussen EUR 300.000 en EUR 700.000 hoger uit dan begroot. De Lawei vangt deze overschrijding zelf op in haar eigen exploitatie omdat de gemeente de al gereserveerde middelen voor het
weerstandsvermogen van De Lawei beschikbaar stelt.
2. De extra subsidie aan De Lawei
In september is EUR 3,725 miljoen extra subsidie verleend aan De Lawei in afwachting van de uitkomst van een arbitrageprocedure. De subsidie is nodig om het herstel van de schade te financieren die is ontstaan door het geschil met de vorige aannemer. De schaderaming ligt inmiddels op EUR 4,85
miljoen. De Lawei geeft aan dit verschil te kunnen overbruggen tot aan de uitkomst van de arbitrageprocedure en doet daarom geen beroep op extra subsidie.
De hogere schadeverwachting leidt voor de gemeente tot een risico. Dat is niet nieuw: als de werkelijke schade aanzienlijk hoger uitvalt en de arbitragecommissie uitspreekt dat de aannemer niet verplicht is om deze te vergoeden aan De Lawei kan een situatie ontstaan waarin De Lawei een beroep
op de gemeente doet voor een aanvulling. Dit is dan een nieuw punt van afweging.
We zijn op dit punt afhankelijk van de uitkomsten van de arbitrageprocedure tussen De Lawei en de aannemer. Deze afhankelijkheid bestaat al sinds ons besluit om extra subsidie beschikbaar te stellen. We wachten het oordeel van de arbitragecommissie af.
3. Exploitatiesubsidie De Lawei
De Lawei heeft voor het komende seizoen een subsidie voor de jaarlijkse exploitatie aangevraagd bij de gemeente van afgerond EUR 3 miljoen. Dat dekken we uit de budgetten voor het programma Cultuur. De Lawei houdt in dit gevraagde subsidiebedrag rekening met de kosten van een lening van EUR
1,4 miljoen euro. Die lening is nodig om de eigen investering van De Lawei in de totale investering van EUR 19 miljoen te betalen. Dit is onderdeel van het al eerder afgesproken dekkingsplan tussen gemeente en De Lawei voor de kosten van de vernieuwbouw. Dit bedrag kan en mag De Lawei lenen
via een lening van de Bank Nederlandse Gemeenten tegen een lage rente. De gemeente moet daarvoor wel garant staan. Zo kan de exploitatie sluiten en passen binnen onze subsidiebudgetten. Het college is bevoegd die garantstelling te geven en vraagt de gemeenteraad eerst hoe zij daarover denkt.
4. De frictiekosten voor invoeging Meldij in Lawei
De invoeging van Meldij in Lawei gaat gepaard met frictiekosten. Dat is in eerdere voorstellen aan de raad al aan de orde geweest. Er is EUR 1,2 miljoen voor beschikbaar. De Meldij heeft nu een subsidieaanvraag ingediend van EUR 1,18 miljoen om de frictiekosten te dekken. Het college heeft een
positief besluit genomen op deze aanvraag.
5. Exploitatiesubsidie aan de Meldij
In juni 2014 is besloten om de Meldij nog een jaar langer open te houden tot 1 september 2016. Dat schept nieuwe financiele verplichtingen. Dat was en is voor alle partijen helder. Het belang van goed werkgeverschap en de inzet op behoud en uitbouw van cultuureducatie heeft bij dat besluit
zwaarder gewogen dan financiele zekerheden voor het totale project. Het bestuur van de Meldij doet daarom voor het komend seizoen een subsidieaanvraag van EUR 297.000 De Meldij zet daarnaast ook EUR 180.000 van het eigen vrije vermogen in om de subsidieaanvraag te beperken. Dit subsidiebedrag
kunnen we niet dekken uit het projectbudget of uit middelen voor cultuur. Daarom vraagt het college de raad om eenmalig EUR 297.000 beschikbaar te stellen uit de algemene reserve. Het bestuur van de Meldij spant zich in om de lasten verantwoord te beperken.