OM eist boete tegen advocaat die politieman `sukkel' noemde
15 april 2015 - Ressortsparket
De advocaat-generaal (OM) in Den Bosch heeft vandaag in hoger beroep een geldboete van 200 euro geeist tegen een advocaat uit Breda die een politieman heeft beledigd. De advocaat noemde de agent ,,sukkel'' tijdens een getuigenverhoor van de betreffende politieman bij de rechter-commissaris in
het kader van een drugszaak.
Een toevoeging als ,,sukkel'' heeft in zijn algemeenheid de strekking een ander in zijn eer en goede naam aan te tasten, stelde de advocaat-generaal. "Die strekking is er zeker indien een politieman tijdens een verhoor bij de rechter-commissaris in bijzijn van een aantal advocaten `sukkel'
wordt genoemd.'' Dat de advocaat de agent ,,sukkel'' heeft genoemd is door de rechter-commissaris in het proces-verbaal van het getuigenverhoor opgenomen. Daarmee kan er wat het OM betreft worden vastgesteld dat er is beledigd. De belediging is geuit aan het adres van een ambtenaar gedurende
of ter zake van de rechtmatige uitoefening van zijn bediening: de politieman was tijdens zijn getuigenverhoor een ambtenaar in functie, oordeelt het OM.
De politieman heeft aangifte gedaan tegen de advocaat. Het OM besloot in eerste instantie niet te vervolgen. De politieman diende daarop een klacht in bij het gerechtshof, om vervolging van de advocaat te bewerkstelligen; deze zogeheten artikel 12-procedure resulteerde in een bevel van het hof
om de advocaat alsnog te vervolgen.
Van strafrechtelijke immuniteit voor advocaten, zoals door de verdediging opgevoerd, kan geen sprake zijn, aldus de advocaat-generaal. Dit is een rechtsfiguur die de wetgever niet kent, niet geregeld heeft en ook niet gewild heeft. Als een officier van justitie zich tijdens een rechtszitting
schuldig zou maken aan belediging, kan ook hij daarvoor strafrechtelijk worden vervolgd. Hetzelfde geldt voor een verdachte, indien hij zich beledigend uitlaat tegenover een van de procespartijen. De advocaat-generaal: "Er is mijns inziens geen goede reden te bedenken waarom een advocaat als
procesvertegenwoordiger van strafvervolging uitgesloten zou moeten worden, terwijl een dergelijke immuniteit niet geldt voor de procespartijen zelf.''
De rechtbank verklaarde de advocaat schuldig maar legde hem geen straf op. De verdachte ging daartegen in hoger beroep. De advocaat-generaal heeft in hoger beroep bevestiging van het vonnis gevorderd, met uitzondering van de schuldigverklaring zonder strafoplegging.
De uitspraak volgt (naar verwachting) over twee weken.
Deel dit op
*