Nieuw verdrag vergemakkelijkt opruiming scheepswrakken

14 apr 2015 Vandaag is het Internationaal Verdrag van Nairobi inzake het opruimen van Scheepswrakken (het Wrakopruimingsverdrag) in werking getreden. Het verdrag zorgt er kort gezegd voor dat kuststaten meer bevoegdheden krijgen om wrakken in de Exclusieve Economische Zone (EEZ) snel en adequaat op te ruimen.

Ingevolge het verdrag geldt voor scheepseigenaren een plicht om een wrak op te ruimen indien de kuststaat heeft vastgesteld dat het wrak een gevaar vormt. Daarnaast geldt dat kuststaten de bevoegdheid hebben om een wrak op kosten van de scheepseigenaar opruimen indien de scheepseigenaar daartoe niet, of niet op een juiste wijze, overgaat. De kuststaat heeft in dat geval een direct actie jegens de verzekeraar tot aan de bedragen van het Londens Limitatieverdrag, zoals gewijzigd bij het Protocol 1996. Verdragslanden kunnen ervoor opteren om het verdrag ook van toepassing te verklaren op de territoriale wateren.

Verdragsland

Schepen varende onder een vlag van een land dat partij is bij het verdrag en schepen die varen onder de vlag van een niet-verdragsland die havens en/of offshore locaties aanlopen in een verdragsland dienen te beschikken over een verplichte verzekering en een certificaat als bewijs van die verzekering.

De verdragslanden zijn momenteel het Verenigd Koninkrijk, Duitsland, Denemarken, Bulgarije, Malta, Nigeria, Congo, Liberie, Marokko, Iran, India, Maleisie, Marshalleilanden, Cookeilanden, Palau, Tuvalu, Antigua en Barbuda.

Spoedig

Nederland is voornemens het verdrag zo spoedig mogelijk te ratificeren. Het wetsvoorstel ter implementatie van het verdrag doorloopt momenteel het wetgevingstraject. In het wetvoorstel kiest Nederland ervoor om het verdrag ook van toepassing te laten zijn op de territoriale wateren.