Verbeteringen nodig van het zeescheepvaartbeleid
24 mrt 2015 Het ministerie van Infrastructuur en Milieu heeft het zeescheepvaartbeleid van de afgelopen jaren geevalueerd. De belangrijkste aandachtspunten zijn volgens het kabinet een snelle en adequate invoering van internationale regelgeving, bevordering van buitenlandse investeringen en het behoud van een aantrekkelijk vestigingsklimaat vis `a vis buitenlandse concurrerende registers. De Tweede Kamer heeft tijdens een recent Algemeen Overleg ingestemd met de uitkomsten van de evaluatie.
Het rapport `Benchmark Registers', dat een onderdeel van de evaluatie vormt, concludeert dat de efficiency van het Nederlandse scheepsregister kan verbeteren. Ook dient meer voorlichting en informatie over bestaande en nieuwe regelgeving verstrekt te worden. De KVNR vindt dat deze kwaliteitsslag snel gemaakt moet worden.
De Nederlandse maritieme fiscale regelingen zoals de tonnagebelasting en de afdrachtvermindering dragen in belangrijk mate bij aan het behoud van een level playing field. Hierdoor kunnen Nederlandse reders op de wereldmarkten de concurrentie aan met reders van buiten de Europese Unie. Sinds de introductie van deze fiscale faciliteiten heeft de Nederlandse vloot een sterke groei doorgemaakt, van 641 schepen in 1997 naar 1.082 schepen in 2013. De regelingen zullen daarom `zonder horizonbepaling' van kracht blijven aldus het kabinet.
Het kabinet is zich er van bewust dat werkschepen in de offshore en waterbouw belangrijke Nederlandse groeiniches zijn en bijzondere aandacht vragen. Er bestaan echter in de fiscale uitvoeringspraktijk onzekerheden, waarover het kabinet in overleg zal treden met de KVNR.
Het kabinet erkent dat het bedrijfsleven grote problemen heeft met de financiering van de milieu-investeringen. De KVNR vindt dat de economische impact van milieuNOTmaatregelen onderzocht moet worden, voordat hier internationale afspraken over worden gemaakt. Juist het stapelen van tal van nieuwe milieuregels stelt reders voor grote problemen. De KVNR pleit dan ook voor een actieve rol voor de overheid, om beschikbare fondsgelden of investeringsfaciliteiten toegankelijk te maken voor reders.
In het verlengde van deze evaluatie heeft het Ministerie van Infrastructuur en Milieu een Rijksbrede Maritieme Strategie opgesteld, die de toekomstvisie voor de Nederlandse maritieme cluster benoemt. Deze strategie zal verder uitgewerkt worden in een werkprogramma zeevaart voor de periode 2015-2017.