Minister Asscher: ogen openen voor onbewust racisme en uitsluiting
Gelijke rechten betekent niet gelijke kansen voor iedereen in onze samenleving. Want de grondwet beschermt niet tegen vooroordelen en onbewust racisme. Dat zei minister Asscher donderdagavond tijdens de zevende Martin Luther King jr. lezing in Den Haag.
De minister wil dat de strijd van King `ons inspireert om onszelf af te vragen: waar hebben we geen geduld voor? Wat is mijn vrijheid waard als niet iedereen vrij is?' Hij wees ook op de oververtegenwoordiging van blanke mannen in de top van het bedrijfsleven, de mediawereld en ook in de politiek en zijn eigen kabinet. Asscher vroeg mensen met hem tegen uitsluiting te vechten. `Het raakt ons allemaal', zei de minister, `we schieten onszelf in de voet met bewuste en onbewuste uitsluiting'.
In zijn speech haalde Asscher korpschef Gerard Bouman aan. Die sprak afgelopen februari in een interne blog voor alle medewerkers van de politie zijn zorgen uit over over wat hij noemde `het sluipende gif van uitsluiting'. Bijvoorbeeld medewerkers van de politie met een niet Nederlandse achtergrond die grapjes en opmerkingen naar hun hoofd krijgen over hun herkomst en geloof. Bouman vindt dat geen exclusief probleem voor bijvoorbeeld moslimagenten, maar voor iedereen die afwijkt van het gemiddelde. `Als de norm de ander buitensluit, dan moet de norm veranderen, niet de ander', voegde Asscher daar aan toe.
De minister riep donderdagavond de politiek, de media en het bedrijfsleven op om de ongelijkheid onder ogen te zien en net als Bouman moreel leiderschap te tonen.