In hoger beroep zes jaar celstraf geeist voor poging moord


2 april 2015 - Ressortsparket

De advocaat-generaal in Den Haag heeft vandaag in hoger beroep zes jaar gevangenisstraf geeist tegen een 46-jarige man uit Rotterdam voor poging tot moord. De verdachte stak op 9 juli vorig jaar op de Laantjesweg in Rotterdam een 23-jarige man neer die door een voorgenomen huwelijk met zijn
dochter zijn schoonzoon zou worden. De verdachte wilde dat huwelijk voorkomen door het slachtoffer te doden.

Volgens de advocaat-generaal heeft de verdachte een vooropgezet plan gehad. Hij heeft het slachtoffer eerst gebeld en hem gezegd dat hij naar de moskee moest komen en dat hij hem zou steken dan wel kogels door zijn hoofd zou schieten. Het slachtoffer heeft verklaard dat hij dacht dat dat
slechts praatjes waren en begaf zich kort na het telefoontje samen met twee vrienden voor gebed naar de moskee.

Daar aangekomen bleek de verdachte buiten te staan wachten. Toen het slachtoffer uit de auto stapte, kwam de verdachte op hem aflopen en haalde hij een fors uitbeenmes tevoorschijn. Daarmee maakte hij een stekende beweging in de richting van de hartstreek van het slachtoffer. De
advocaat-generaal: ,,Het is puur geluk geweest dat het slachtoffer zich tijdig heeft kunnen omdraaien en `slechts' in zijn bovenarm is geraakt. Daar is een forse, diepe, gapende wond ontstaan.''

De verdachte heeft volgens het OM geprobeerd het geweld te bagatelliseren en noemde de messteek ,,een prikje''. Deze houding heeft de advocaat-generaal ten nadele van de verdachte betrokken in zijn beoordeling van de zaak.

De rechtbank veroordeelde de verdachte in december 2014 tot zes jaar celstraf. Ook de rechtbank verklaarde bewezen dat er sprake is geweest van voorbedachte raad. ,,Verdachte heeft meer dan voldoende tijd gehad na te denken over de betekenis van zijn voorgenomen daad en zich daarvan rekenschap
te geven'', aldus de advocaat -generaal. De verdachte tekende beroep aan tegen het vonnis.

Het slachtoffer heeft aangegeven dat hij zijn potentiele schoonvader vergiffenis heeft geschonken en heeft de hoop uitgesproken dat een strafrechtelijke vervolging van de man zou uitblijven. De advocaat-generaal: ,,Die hoop is niet vervuld. De forse, op geen enkele wijze te rechtvaardigen
inbreuk op de maatschappelijk rechtsorde rechtvaardigt een strafrechtelijke reactie.'' Wel weegt het OM de vergevingsgezinde houding van het slachtoffer ten gunste van de verdachte mee.

Het hof doet op 16 april uitspraak.

Deel dit op

*