Wat het bedrijfsleven kan leren van het Metropole Orkest

Door Olof Bik, kerndocent Behavioral & Cultural Governance

"Heb je ooit tussen de eerste violen en de cello's gezeten tijdens een live performance? En heb je dat ooit gedaan bij het wereldberoemde Metropole Orkest (het orkest dat wereldsterren als Al Jarreau, Ella Fitzgerald, Pat Metheny en Bono heeft mogen begeleiden en Nederlandse pareltjes als Trijntje Oosterhuis, Ntjam Rosie en BlO/f)? Wie wil zich niet heel even onderdeel voelen van zo'n orkest?

Op zaterdagochtend 7 februari kregen de deelnemers van het programma Behavioral & Cultural Governance (BCG) van Nyenrode de kans om te gast te zijn bij Jan Bastiani, BCG-deelnemer en trombonist van het Metropole Orkest. Met het BCG-programma krijgen de deelnemers inzicht in wat de waarden van een bedrijf zijn en hoe deze bewaakt en bewaard kunnen worden. Daarnaast leren de deelnemers hoe informele en formele structuren geintegreerd kunnen worden zonder te vervallen in bureaucratisering. Het doel van de ochtend was te ontdekken en verkennen hoe samenspel tot stand komt ongeacht de formele organisatie.

We hadden de buitengewone gelegenheid om tussen de orkestleden te zitten. Hierdoor konden we zien hoe het orkest zichzelf aanstuurt, in hoeverre dat wordt bepaald door formele (en hierarchische) lijnen en in hoeverre een en ander beinvloedt wordt door wat er elders gebeurt binnen het orkest. We waren getuige van een fraai staaltje stuurkunde (of governance). De jonge, charmante, haast relaxte, doch duidelijk leidende (chef)dirigent, Jules Buckley, maakte de verbinding tussen de componist en de uitvoering door de orkestleden richting te geven in de juiste interpretatie van de bladmuziek.

Zijn rol was opmerkelijk. Uiteraard geeft hij richting, maar soms moeten ter plekke problemen in de dagverse bladmuziek opgelost worden. Kleine en grote experimenten worden uitgevoerd door interactie tussen musici en dirigent. Beslissingen liggen in handen van de dirigent, maar wel in afstemming met het orkest. En op de echt democratische momenten (die worden ook zo benoemd) heeft het orkest het zelf voor het zeggen.

Hoe ontstaat vervolgens het samenspel dan toch? We kennen de formele aansturingslijnen, maar hoe speelt zich dat af in de realiteit? Hoe wordt iets dat wij `emergentie' noemen (gedrag dat als het ware vanzelf ontstaat onder de goede balans aan condities) bereikt? Kijkend naar de voedingsbodem die er wel of niet is om goed samenspel te laten ontstaan, kwamen vragen op als:

* Laat de dirigent imperfecties in deze fase van repetitie lopen of niet? Of corrigeren sectieleden elkaar? * Kan het orkest ook zonder dirigent spelen? Ofwel, wat is de inbreng van informeel leiderschap? En van het leiderschap binnen de secties? * Hoe wordt een veilige sfeer gecreeerd om fouten te maken? Immers, ieders performance is duidelijk zichtbaar en maakt potentieel kwetsbaar. * Hoe kan het dat alle orkestleden direct in de betekenis van het muziekstuk spelen, ongeacht hun persoonlijke voorkeuren? Ze zijn immers ook als solisten opgeleid? * Wat gebeurt er als het orkest met of zonder metronoom speelt? Slaat de metronoom de magie uit de muziek?

Zonder dat we antwoord hebben gevonden op alle vragen, hebben we wel het succes van het Metropole Orkest kunnen zien en ervaren. Dit is niet louter het resultaat van een heldere visie op de markt, leiderschap en formele structuren. De bladmuziek komt pas echt tot leven in een goede mix aan condities om het orkest heen, die zich niet simpel in euro's laten uitdrukken. Het gaat immers ook over waarden, vertrouwen, samenwerking en contact. Over vaardigheden, commitment en teamwork. En over een helder gezamenlijk doel: de muziek. Dat is een kwetsbare balans, waar eenieder zich van bewust is en dit ook koestert.

Het geheim van het Metropole Orkest? Dat het op onderdelen wellicht wel te kopieren is, maar nooit in z'n geheel. Dat is immers het samenspel van componist, dirigent, orkestleden, zanger, zangeres of band en niet te vergeten: het publiek en de muziekliefhebbers. Dan ontstaat er iets bijzonders: magie in de concertzaal."