Kwaliteit van zorg rond het levenseinde
maandag, 02 maart 2015
Kwaliteit van zorg rond het levenseinde Passende zorg in de laatste levensfase vindt de Unie KBO van wezenlijk belang. Vandaar ook onze betrokkenheid bij het project `kwaliteit van palliatieve zorg' van Zilveren Kruis Achmea. Het project heeft als doel de kwaliteit van de palliatieve zorg te
definieren en te meten. Sinds vorig jaar werkt de Unie KBO, naast een aantal vooraanstaande medici, hieraan mee. En dat deden we ook bij het samenstellen van een KNMG-rapport dat donderdag zal verschijnen.
We laten hieronder twee betrokkenen van Zilveren Kruis Achmea aan het woord, namelijk Jolanda van der Heide en Frederique van Duuren, respectievelijk projectleider en programmaleider Kwaliteit van Zorg.
Vroeger of later krijgen we er allemaal mee te maken: het levenseinde. Velen zullen een ideaal beeld hebben hoe we zullen sterven, maar dit is waarschijnlijk maar voor weinigen weggelegd. Door onze goede medische zorg en de mogelijkheden die we nog hebben, zijn we in staat om het levenseinde
uit te stellen. Maar dat vraagt ook passende zorg gericht op de kwaliteit van het leven en op de kwaliteit van het sterven. We noemen dat palliatieve zorg.
Project kwaliteit van Palliatieve zorg
In het project willen we graag de kwaliteit van leven en sterven van de patient in de palliatieve fase verhogen. Ook wordt de kwaliteit van leven van de naaste daarbij betrokken. We onderscheiden in de palliatieve zorg vier domeinen waar de zorg zich op richt: fysiek, psychisch, sociaal en
spiritueel.
Bij vragen over het fysieke domein geeft een patient bijvoorbeeld aan hoeveel pijn en hoe misselijk hij/zij zich voelt. Bij het psychische domein worden vragen gesteld over angst en somberheid. Bij het sociale domein kijken we naar het gevoel van verbondenheid met de naaste. Ook worden vragen
gesteld over spiritualiteit en probeert de zorgverlener in te schatten of er geestelijke nood is die een patient met een geestelijke verzorger zou willen bespreken. Doordat de zorgverlener in gesprek met de patient deze vragen stelt, kunnen zij meteen hun zorg aanpassen aan de behoeftes van de
patienten. Patienten hebben er dus direct profijt van!
Het project bestaat uit 2 pilots. De pilot met de verpleeghuizen en hospices richt zich op de palliatieve zorg in de stervensfase en de nazorg voor de nabestaande. Daaruit kwam naar voren dat de ontworpen vragenlijsten inzichten geven in verschillen en de zorgverleners en patienten vinden het
een prettige manier om over de behoefte van de patient te spreken. De pilot is inmiddels afgerond en de ontwikkelde vragenlijst wordt nu samen met het netwerk van de Associatie Hospice zorg Nederland voor hospices en palliatieve units van verpleeghuizen bij meerdere organisaties gemeten.
Daarnaast is er een pilot in de ziekenhuizen waar de kwaliteit van palliatieve zorg wordt gemeten bij patienten die onder behandeling zijn van een team medisch specialisten en waar genezing niet meer mogelijk is. In deze pilot zijn we net gestart met het meten van de ontwikkelde vragenlijst.
Of dit ook leidt tot uitrol naar andere ziekenhuizen, verwachten we in het najaar te weten te komen.
Kwaliteitsverbetering
Uit de pilot bij hospices bleek dat er verschillen te zien waren. Maar kan je de verschillen tussen instellingen zomaar met elkaar vergelijken? Met experts (Nivel en onze koplopers) denken we na hoe we vergelijken tussen verschillende instellingen mogelijk maken. Zijn er verschillen te zien,
bijv. tussen de verschillende verpleeghuizen? Samen proberen we de betekenis van de verschillen te achterhalen, zodat we de kwaliteit van palliatieve zorg kunnen verbeteren. Op termijn willen we uitleggen hoe de instelling zijn zorg heeft verbeterd. En willen wij onze verzekerde uitleggen
welke kwaliteit de instelling heeft en daarmee onze verzekerde helpen een voor hem of haar juiste keuze te maken op een zeer persoonlijk en betekenisvol moment in het leven.
Bookmark and Share