Wetsvoorstel strafbaarstelling bezoek gedwongen prostituee nog te on..


Den Haag ,

Pagina-inhoud

Het initiatiefwetsvoorstel dat bezoek aan een prostitue(e) waarvan de klant weet (of redelijkerwijs moet vermoeden) dat deze het slachtoffer is van mensenhandel, strafbaar stelt, is nog niet duidelijk genoeg. Dit schrijft de Raad voor de rechtspraak in een 2015-09 Advies initiatiefwetgeving
strafbaarstelling misbruik prostitue(e)s die slachtoffer zijn van mensenhandel.pdfadvies (pdf, 43kB) over het voorstel. De Raad vindt het met name onduidelijk wat binnen het voorstel precies wordt bedoeld met `weten' en `redelijkerwijs moeten vermoeden'.

De opstellers, Tweede Kamerleden Gert-Jan Segers (CU), Marith Rebel-Volp (PvdA) en Nine Kooiman (SP), vinden dat het voorstel helpt bij de strijd tegen mensenhandel. Een klant van een dergelijke onder dwang werkende prostitue(e) blijft nu vaak strafrechtelijk buiten schot, terwijl hij wel
bijdraagt aan een netwerk van uitbuiting en mensenhandel.

Onduidelijk

De Raad verwacht dat als het wetsvoorstel wordt ingevoerd, het de eerste jaren onduidelijk zal zijn wat precies met `redelijkerwijs moeten vermoeden' wordt bedoeld. Onder mensenhandel valt bijvoorbeeld uitbuiting door misbruik van een kwetsbare positie. Zo'n kwetsbare positie kan door allerlei
factoren worden veroorzaakt: schulden, verslaving, verstandelijke beperking, het niet spreken van de Nederlandse taal, etc. Wanneer een pooier misbruik maakt van zo'n kwetsbare positie, is het volgens de Raad nog maar de vraag of een klant die wist van deze kwetsbare positie zonder meer wordt
veroordeeld, zoals met het wetsvoorstel wordt beoogd. Kan de klant bijvoorbeeld worden veroordeeld als de prostituee hem vertelt dit werk te doen om uit de schulden te komen en de klant er achteraf achter komt dat een pooier hier misbruik van maakt?

prostitutie400x200.jpg
[foto: Hollandse Hoogte]

De Raad denkt dat, ook als van de klant wordt verwacht dat hij actief probeert te achterhalen of de prostitue(e) vrijwillig werkt, hierover onduidelijkheid blijft bestaan met dit wetsvoorstel. Wat betekent het bijvoorbeeld voor de strafbaarheid van de klant als een prostituee tegen hem zegt
dat ze het werk vrijwillig doet en dat haar pooier heeft beloofd met het door haar verdiende geld haar schulden af te lossen?

Rechtspraktijk

In de Memorie van Toelichting van het voorstel wordt - terecht - aangegeven dat er duidelijke signalen moeten zijn dat de prostitue(e) slachtoffer is van mensenhandel. De voorbeelden die hierbij worden gegeven zijn helder: zichtbare tekenen van mishandeling, aanbieden van seksuele diensten op
verlaten industrieterreinen, al dan niet via louche tussenpersonen. Maar volgens de Raad biedt dit te weinig houvast voor de rechtspraktijk omdat niet wordt ingegaan op minder duidelijke gevallen die in de praktijk voorkomen, zoals de uitgebuite prostituees die achter de ramen staan en legaal
in Nederland werken.

Strafmaat

Het is de bedoeling van het wetsvoorstel om een gevangenisstraf van maximaal vier jaar (of een geldboete van de vierde categorie) te koppelen aan de strafbaarstelling. De Raad vraagt zich af waarom er niet is gekozen voor een gedifferentieerde strafmaat, zoals ook het geval is bij opzettelijke
heling. Hierbij verschilt de strafmaat afhankelijk van de aanwezigheid van opzet of, het strafrechtelijk minder zware, schuld. Daarnaast vraagt de Raad zich af of de strafmaat niet aan de lage kant is, onder meer omdat de straffen bij mensenhandel veel hoger zijn en het wetsvoorstel uitgaat
van de vooronderstelling dat er sprake is van slachtofferschap van mensenhandel.