IPO pleit voor nieuwe tariefstructuur regionaal spoor die reiziger minder hard raakt

27 januari 2015

De rijksbezuinigingen zetten de financiering van het regionaal openbaar vervoer steeds verder onder druk. De verhoging van de gebruiksvergoeding voor het regionaal spoor - de vergoeding die de vervoerders, zoals Arriva, Veolia, NS, aan ProRail betalen voor het gebruik van het spoor - brengt extra druk op de betaalbaarheid met zich mee. De reiziger op het regionale spoor wordt hierbij onevenredig hard geraakt. Het IPO pleit daarom voor een aanpassing van de tariefstructuur voor de gebruiksvergoeding en vraagt de Tweede Kamercommissie voor Infrastructuur en Milieu bij de staatssecretaris aan te dringen op overleg.

Gezamenlijke ambitie

De overheden zijn de gezamenlijke ambitie overeengekomen van een betrouwbare, voorspelbare en betaalbare reis van deur tot deur met het openbaar vervoer. Het regionale spoor vormt een essentiele schakel in deze ambitie. Mede dankzij de forse investeringen van de provincies in de gedecentraliseerde spoorlijnen is het aantal reizigers en de klantenwaardering flink gestegen. Met de stijging van de kosten voor de gebruiksvergoeding - en daarmee uiteindelijk de kosten voor de reiziger - lijkt deze positieve ontwikkeling weer teniet te worden gedaan.

Regionaal spoor

In een eerder overleg (oktober 2014) heeft staatssecretaris Wilma Mansveld (IenM, PvdA) al aangegeven gebonden te zijn aan het kabinetsbesluit om de bezuiniging via de gebruiksvergoeding door te belasten. In de brief aan de Kamer geeft het IPO aan dat de consequenties van een aanpassing in de tariefstructuur zal leiden tot een lastenverschuiving van het regionaal spoor naar het hoofdrailnet. Het IPO stelt tevens een dergelijke verschuiving, gelet op de investeringen in en de grotere gebruikswaarde van het hoofdrailnet, zeer goed verdedigbaar is. Daarbij wordt aangetekend dat een verschuiving naar het hoofdrailnet ook ertoe leidt dat het kilometertarief per reis veel lager uitpakt dan op de regionale lijn.

Provincies

Een goede en veilige regionale bereikbaarheid is een belangrijk streven van provincies. Regionale bereikbaarheid hangt grotendeels samen met goed openbaar vervoer. Provincies bepalen welke bedrijven het regionale bus- en treinvervoer verzorgen.