Meer mogelijk voor bedrijven in agrarische sector


21 januari 2015 - Nieuwsartikel

Tijdelijke gaas- en boogkassen zijn straks toegestaan, loonwerkbedrijven hoeven niet te verplaatsen naar bedrijventerreinen.

Ook kennisinstituten en warmte-, co2- en energieleveranciers kunnen zich gaan vestigen in
glastuinbouwconcentratiegebieden.

Dat wordt mogelijk met de aanpassingen die Gedeputeerde Staten van Noord-Holland in de Provinciale Ruimtelijke Verordening willen opnemen. Op 9 februari 2015 bespreekt de Commissie Ruimte & Milieu de voorgestelde actualisatie van de Provinciale Ruimtelijke Verordening, die daarna ter inzage
wordt gelegd.

Meer mogelijkheden voor agrariers

Als de aanpassingen in de Ruimtelijke Verordening zijn vastgesteld wordt het gebruik van tijdelijke gaas- en boogkassen voor vollegrondgroenten voortaan toegestaan tijdens het groeiseizoen. Ook hoeven bestaande loonwerkbedrijven bij uitbreiding niet meer naar bedrijventerreinen te verplaatsen.
De achtergrond hiervan is dat deze bedrijven gefocust zijn op het landelijk gebied en niet goed passen op bedrijventerreinen vanwege het zware materieel waar ze mee werken.

De provincie heeft glastuinbouwconcentratiegebieden aangewezen voor bedrijven die uit willen breiden, met als doel het voorkomen van verrommeling van het landschap. Agrarische bedrijven zien de verplichting om eerst de oude kassen te saneren als een drempel omdat dit kan leiden tot
kapitaalvernietiging. De provincie gaat onderzoeken hoe deze drempel verlaagd kan worden.

De aangepaste verordening maakt het mogelijk dat ook bedrijven zoals kennisinstituten en warmte-, co2- en energieleveranciers zich in glastuinbouwconcentratiegebieden kunnen vestigen. Een voorwaarde hierbij is dat de bedrijven wel aan de glastuinbouwsector zijn verbonden en deze sector
versterken en verduurzamen.

Op basis van de verordening moeten gemeenten de wijziging van een bestemmingsplan voor het uitbreiden van een agrarisch bedrijf beoordelen aan de hand van een onderbouwde motivering in plaats van aan een bedrijfsplan. De belangrijkste vraag hierbij is of de uitbreiding noodzakelijk is voor het
primaire productieproces.

------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Tweet
Deel