Politiedienst Europol: jihadisten beter volgen
PERSBERICHT EENVANDAAG
Politiedienst Europol: jihadisten beter volgen
„Politiediensten en geheime diensten moeten beter samenwerken tegen terrorisme”
De politiediensten en veiligheidsdiensten in de Europese Unie moeten beter samenwerken en hun informatie actiever delen om de naar schatting 2500 potentiële terroristen in Europa scherper in de gaten te houden. Een aantal Europese landen heeft de zaken nog niet op orde, waarschuwt politietopman Wil van Gemert, verantwoordelijk voor terrorismebestrijding bij de politiedienst Europol, in een exclusief interview met EenVandaag.
Jihadisme is „de grootste dreiging voor Europa” sinds de aanslagen op het World Trade Center op 9/11, zegt Van Gemert. Volgens Europol zijn er tussen de 3000 en 5000 jihadisten in Europa, die als strijder naar Syrie of Irak zijn vertrokken, het gedachtegoed aanhangen of zijn teruggekeerd. De politieorganisatie hanteert een database van 2500 personen die mogelijk een terroristisch gevaar vormen. De dienst helpt daarmee landen ook bij de opsporing van terrorismeverdachten. Maar niet altijd komt alle informatie over jihadisten op de juiste plek terecht, zegt Van Gemert.
Het kan zijn dat er betere wetgeving moet komen. Maar informatie die er is, wordt ook niet altijd gedeeld. “Met elkaar moeten we ervoor zorgen dat de informatie die beschikbaar is ook daadwerkelijk op alle terreinen voor politiediensten beschikbaar komt,” aldus de Europol-topman.
Slapende cellen
De aanslagen in Parijs tonen volgens Van Gemert aan dat het alleen nog maar moeilijker zal worden alle potentieel gevaarlijke ’targets’ in de gaten te houden. Hij waarschuwt voor de aanwezigheid van ’slapende cellen’ in Europa, terreurgroepen die zich lange tijd stilhouden, zomaar kunnen toeslaan zoals in Parijs is gebeurd.
“Wat je hier ziet gebeuren, is dat het blijkbaar mensen zijn die in het verleden al geradicaliseerd zijn. Onderwerp van onderzoek zijn geweest en ook voor een deel hebben vastgezeten. Of opnieuw weer zijn geradicaliseerd of een vorm van ‘sleeper cell’ zijn die zich uiteindelijk manifesteren met een dergelijke verschrikkelijke aanslag.”
Behalve een grote taak voor de politiediensten vindt hij dat burgers in Europa en Nederland ook alerter kunnen zijn en gemeenschappen waar radicalisering speelt meer informatie moeten delen met de overheid.
Georganiseerde misdaad
Van Gemert maakt zich grote zorgen over de toegenomen banden tussen van criminelen en jihadisten. Jihadistische netwerken verbonden aan terroristische organisaties Al-Quaida en Islamitische Staat werken steeds nauwer samen met de georganiseerde misdaad, vooral via ondergrondse criminele handelsnetwerken op het internet. Jihadisten weten zo gemakkelijker dan ooit aan zware vuurwapens, munitie en valse papieren te komen. De verwevenheid tussen maffia en jihadisten en de onzichtbare relaties via zogeheten onzichtbare ‚dark webs’ waar jihadisten aan spullen kunnen komen, maar het opsporen van terroristische activiteiten voor de politie - en veiligheidsdiensten ‚bijzonder moeilijk’, zegt Van Gemert. „Het is zorgelijk omdat criminele faciliteiten als wapens en witwassen gemakkelijk beschikbaar komen voor terroristen”.