Carla Brooijmans brengt een bezoek aan ebola-gebied - blog 3
14 januari 2015 |
Pagina-inhoud
De strijd tegen ebola is nog niet voorbij. Ebola-cooerdinator Carla Brooijmans bezoekt twee ebola-behandelcentra, in Gueckedou en Macenta. Binnen de muren is alles gericht op de bestrijding van het virus, maar dat maakt het verblijf voor patienten niet minder zwaar.
In de stad Gueckedou bezoek ik samen met de directeur van het lokale Rode Kruis-kantoor de afdeling van een behandelcentrum waar patienten nog wachten op testresultaten. Ik kijk of ik de twee patienten zie die we gister opgehaald hebben. Maar onze aandacht wordt afgeleid door een patient die
in paniek naar ons roept. Hij heeft zojuist de hik gekregen, een van de symptomen van ebola. De arts wordt geroepen, maar de man beseft maar al te goed wat dit betekent. Daar heeft hij geen testresultaten voor nodig.
Begrafenispakketten van Giro555-geld
Stil geworden van wat we zojuist meegemaakt hebben, verlaten we dit behandelcentrum. In Macenta wacht het tweede behandelcentrum dat ik vandaag zal bezoeken. We gaan eerst langs het decentrale magazijn met goederen die bestemd zijn voor de hulpverlening van het Rode Kruis in de regio. In de
goed geordende ruimte zie ik de opgestapelde dozen met begrafenispakketten die het Nederlandse Rode Kruis met de opbrengst van Giro555 heeft aangeschaft en die helaas broodnodig zijn. Op de dozen staat duidelijk DBM: Dignified Burial Management. Als we de stad Gueckedou verlaten, stoppen we
nog even bij de begraafplaats. Het is er stil, en op een bepaalde manier vredig, maar een zojuist gegraven graf voorspelt dat er ook vandaag weer een begrafenis door het Rode Kruis uitgevoerd gaat worden. Ik vervolg de reis naar Macenta, waar ik het ebola-behandelcentrum van het Rode Kruis zal
bezoeken.
ebola-begraafplaats-carla.jpg
'Het is er stil, en op een bepaalde manier vredig', vindt Carla. Toch zijn nieuwe begrafenissen aan de orde van de dag.
Alweer chloor
Het ritueel met chloor herhaalt zich. Voor we naar binnen mogen, krijgen onze handen en schoenen een grondige desinfectiebeurt en wordt mijn temperatuur gemeten om te kijken of ik op dat moment besmettelijk ben. Eenmaal binnen kijk ik met respect en bewondering naar het werk van de Rode
Kruis-medewerkers in deze kliniek. Er is geen twijfel mogelijk. Hier is alles, inclusief de indeling van het centrum, gericht op het bedwingen van de epidemie.
De scheidingswand tussen gezond en besmet
Het behandelcentrum in Macenta bestaat uit twee duidelijk gemarkeerde zones. De zone met een laag risico op besmetting is toegankelijk voor familieleden van patienten van wie vastgesteld is dat ze geen verhoging hebben. Het personeel mag er verblijven zonder beschermende kleding. Achter een
afscheiding van oranje netten (!) is de zone met een hoog risico op besmetting ingericht. Vreemd misschien. De wand is absoluut niet luchtdicht. Echter, ebola wordt niet via de lucht overgedragen, alleen via lijfelijk contact. De wand is daarom wel 1 tot 1,5 meter breed zodat mensen elkaar
niet (per ongeluk) kunnen aanraken.
ebola-dbm-kit-carla.jpg
Stapels dozen met veilige-begrafenispakketten treft Carla aan in het magazijn. Ze zijn aangeschaft met geld van Giro555.
Risicozone hoog
Het behandelend personeel mag de ruimte achter deze oranje wand alleen betreden in volledig bedekkende en waterdichte kleding. Dit alles om direct lijfelijk contact te voorkomen. Hier verblijven namelijk ebola-patienten, maar ook de mensen waarvan nog niet duidelijk is of ze besmet zijn. Die
laatste groep is binnen de hoogrisicozone ondergebracht in een afgesplitste unit. Het is een unit met een ingang en twee uitgangen. De ene uitgang leidt naar de ruimte voor patienten met de ebola-diagnose. De andere uitgang is voor degenen die goed nieuws hebben gekregen en het centrum kunnen
verlaten. De afscheiding tussen de verschillende zones is bewust doorzichtig, zodat bezoekers contact kunnen houden met hun opgenomen familielid. De openheid maakt ook het werk iets gemakkelijker. Ik zie het personeel in de laagrisicozone hun collega's in de hoogrisicozone instructies geven,
en de benodigde materialen aanreiken. Patienten in deze speciale unit hoeven gelukkig nooit meer dan een paar uur op de uitslag te wachten. Dit behandelcentrum beschikt namelijk over een laboratorium van het Franse Instituut Pasteur. Maar zelfs al tijdens die paar uur moet de onzekerheid
zenuwslopend zijn.
**Volg Carla op haar reis door het ebola-gebied. Ze bezoekt een behandelcentrum, is bij een voorlichtingssessie en woont een veilig en waardig uitgevoerde begrafenis bij. Het slot (blog 4) volgt komende dagen. Lees alvast Carla's eerste blog en tweede blog.