Hartstichting financiert Maastrichts onderzoek

Persbericht 13 januari 2015

De Nederlandse Hartstichting heeft vandaag bekend gemaakt zes nieuwe onderzoeksprojecten te financieren voor een totaalbedrag van 19,5 miljoen euro. De Universiteit Maastricht is betrokken bij twee van deze projecten. Een team van onderzoekers onder leiding van prof. dr. Patrick Schrauwen gaat onderzoek doen naar de manier waarop het lichaam met energie omgaat om zo het risico op hart- en vaatziekten terug te dringen. Prof. dr. Uli Schotten zal leiding geven aan een onderzoeksproject naar boezemfibrilleren, bij welke mensen ontspoort de ziekte en treden er ernstige complicaties op?

De Hartstichting investeert EUR 5 miljoen in beide onderzoeksprojecten met een looptijd van 5 jaar.

Mitochondrien en bruin vet

Steeds meer mensen zijn te zwaar en lopen daarom een verhoogd risico op hart- en vaatziekten. Door te onderzoeken hoe het lichaam met energie omgaat, hoopt het onderzoeksteam dit risico terug te dringen.

"Uit ons eerdere onderzoek weten we dat mitochondrien, de energiefabriekjes in de cellen, een belangrijke rol spelen bij het ontstaan van diabetes. We gaan nu onderzoeken of we de mitochondrien harder kunnen laten werken en of dat gunstige effecten heeft voor hart- en vaatziekten", vertelt prof. Patrick Schrauwen, een van de onderzoeksleiders. "Een andere mogelijkheid om de energiestofwisseling te stimuleren is via het zogenaamde bruin vet. Recent onderzoek aan de Universiteit Maastricht heeft aangetoond dat het bruine vet bij de mens kan worden aangezet door koude stimulatie. We willen nu gaan bestuderen of kou, maar ook andere interventies die het bruin vet kunnen stimuleren, gunstige effecten heeft om de kans op hart- en vaatziekten als gevolg van overgewicht te helpen verminderen."

Dit project wordt geleid door prof. dr. Patrick Schrauwen (NUTRIM, Universiteit Maastricht) en prof. dr. Frits Rosendaal (LUMC in Leiden). Ook het AMC Amsterdam en de Wageningen Universiteit zijn bij het project betrokken. In Maastricht zijn onder andere prof. Wouter van Marken Lichtenbelt en prof. Matthijs Hesselink nauw betrokken bij het onderzoek.

Boezemfibrilleren

Ongeveer 300.000 mensen in Nederland hebben last van boezemfibrilleren. Deze hartritmestoornis wordt vaak niet opgemerkt, maar kan leiden tot bloedstolsels in het hart die doorschieten naar de hersenen en daar een herseninfarct veroorzaken. Vaak begint boezemfibrilleren ongemerkt met korte aanvallen die vanzelf overgaan. Zonder ingrijpen raakt het hartritme na verloop van tijd meestal blijvend verstoord. Het onderzoek moet mogelijk maken in te schatten welk risico een patient met boezemfibrilleren heeft op complicaties. Ook zal het onderzoek leiden tot nieuwe behandelingen tegen boezemfibrilleren.

"Wij zijn met name geinteresseerd in het verband tussen boezemfibrilleren en activatie van de bloedstolling", legt prof. Uli Schotten uit. "Wij denken dat de geactiveerde stolling niet alleen beroertes kan veroorzaken maar ook kan bijdragen aan het erger worden van de ritmestoornis."

De leiding van het onderzoek is in handen van prof. dr. Isabelle van Gelder (Cardiologie, Universitair Medisch Centrum Groningen) en prof. dr. Uli Schotten (Fysiologie, Universiteit Maastricht). Ook een groep van de Universiteit in Leiden werkt mee aan het project. Uit Maastricht zijn verder bij dit onderzoek betrokken: prof. dr. Harry Crijns (Cardiologie), prof. dr. Hugo Ten Cate en dr. Henri Spronk (Biochemie), prof. dr. Martin Prins (Epidemiologie) en prof. Monika Stoll (Cardiovascular Systems Medicine).