Ministers bezoeken Karel Doorman in Sierra Leone
Nieuwsbericht | 08-01-2015 | 15:59
Ministers Jeanine Hennis-Plasschaert (Defensie) en Lilianne Ploumen (Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking) hebben vandaag in Sierra Leone de Karel Doorman bezocht. Het Nederlandse schip van Defensie bracht daar afgelopen vrijdag hulpgoederen voor de strijd tegen ebola.
Minister Hennis-Plasschaert aan boord van de Karel Doorman.
Minister Hennis aan boord van de Karel Doorman.
Met Liberia en Guinee is Sierra Leone het zwaarst getroffen door ebola. Met het bezoek lieten de ministers hun waardering blijken aan de bemanning van de Karel Doorman. Daarnaast wilden ze zich persoonlijk op de hoogte stellen van de inspanningen ter bestrijding van ebola. Het Joint Logistics Support Ship levert met het goederentransport een belangrijke bijdrage aan het indammen van de zeer besmettelijke en dodelijke ziekte.
De bewindsvrouwen spraken ook met president Ernest Bai Koroma van Sierra Leone en de nationale ebolacooerdinator Paolo Conteh. Verder op het programma stond overleg met de leiders van VN-organisaties en bezoeken aan het Britse ebolahoofdkwartier en het Hastings Ebola Treatment Centre. Hier praatten de ministers met behandelend artsen en uitbehandelde patienten. De door de Karel Doorman vervoerde goederen waren onder meer voor deze Britse behandelkliniek.
Minister Ploumen bezoekt Sierra Leone.
Minister Ploumen bij een Britse behandelkliniek in Sierra Leone.
Ebola met moeite te bedwingen
Minister Ploumen: "net nu Sierra Leone zich aan het ontworstelen was aan een verleden van oorlog en geweld, krijgen de mensen een nieuwe ramp te verwerken. Het kost nog heel veel pijn en moeite om de epidemie te boven te komen. Wij zijn hier om onze betrokkenheid en steun te tonen."
Betere cooerdinatie van de hulpinspanningen is volgens Ploumen belangrijk. Ook vindt zij dat de lokale bevolking meer bij de ebolabestrijding moet worden betrokken. "Hulporganisaties en de overheid moeten het vertrouwen van de bevolking winnen. Uiteindelijk kunnen we deze ziekte alleen bedwingen als mensen zich houden aan hygienevoorschriften, en nieuwe besmettingen melden bij de autoriteiten. Dat gebeurt nu nog te weinig."
Trots op bijdrage aan `ongewone' missie
Minister Hennis liet zich lovend uit over de bemanning van de Karel Doorman. "Onze mannen en vrouwen hebben namens Nederland een belangrijke, zichtbare en tastbare bijdrage geleverd aan de bestrijding van ebola. Ze hebben de afgelopen maanden keihard gewerkt. Het was geen `gewone' missie, ook niet voor het thuisfront. Terwijl wij tijdens de feestdagen met familie bij elkaar waren, brachten zij kerst en oud en nieuw voor de West-Afrikaanse kust door."
De hulpgoederen worden op de kade getakeld.
Archieffoto: de hulpgoederen worden van de Karel Doorman op de kade getakeld.
Doorman tweemaal met goederen naar Afrika
Het marineschip Karel Doorman vertrok op 6 november 2014 voor het eerste transport vanuit Den Helder en op 12 december voor de tweede keer vanuit Vlissingen naar Guinee, Liberia en Sierra Leone. Met de inzet van de Karel Doorman bracht Nederland onder meer voertuigen, ambulances, een mobiel hospitaal, mobiele laboratoria, beschermende pakken en miljoenen plastic handschoenen naar de getroffen landen.
Verder vervoerde het marineschip goederen voor Europese lidstaten, voor VN-organisaties en niet-gouvernementele organisaties. Naast de inzet van de Karel Doorman heeft Nederland in totaal ruim 38 miljoen euro bijgedragen aan de Ebola bestrijding. Het schip keert naar verwachting 24 januari terug in Nederland.