Waterschappen: zorgen om gewasbeschermingsmiddelen en waterkwaliteit
Dinsdag, 7. Mei 2013
Waterschappen: zorgen om gewasbeschermingsmiddelen en waterkwaliteit
map2-002.jpg
De commissie Economische Zaken van de Tweede Kamer vergadert op 16 mei over de gevolgen van gewasbeschermingsmiddelen, die behoren tot de groep van neonicotinoden, op de bijenpopulatie. De waterschappen zijn hierbij slechts indirect betrokken, maar hebben toch hun zorgen over het gebruik van
gewasbeschermingsmiddelen in relatie tot de waterkwaliteit kenbaar gemaakt aan de Tweede Kamerleden.
Begin mei heeft de Universiteit van Utrecht een onderzoek gepubliceerd naar de gevolgen van het gebruik van het insecticide Imidacloprid, behorend tot bovengenoemde groep gewasbeschermingsmiddelen. Bij dit onderzoek zijn meetgegevens van waterschappen gebruikt. Daaruit blijkt dat dit middel
niet alleen van invloed is op bijensterfte, maar ook dat de waterkwaliteitsnormen worden overschreden wat een negatief effect heeft op de waterorganismen in de sloot.
Verschillende normen
Dat Imidacloprid de waterkwaliteitsnormen overschrijdt, komt doordat de norm uit het EU-beleid voor gewasbeschermingsmiddelen, die het College voor toelating gewasbeschermingsmiddelen en biociden (Ctgb) hanteert bij toelating van gewasbeschermingsmiddelen, minder streng is dan de norm die
vanuit de Kaderrichtlijn Water (KRW) wordt gesteld.
De waterschappen hebben daarom bij Kamerleden aangegeven dat zij graag zouden zien dat het Ctgb bij beoordeling van toelatingsverzoeken van nieuwe middelen de KRW-normen leidend laten zijn. En dat de waterschappen daarnaast de aanpak steunen om het gebruik van deze groep middelen aan te passen
en te beperken.