Waterschap Aa en Maas

Oliebollenvet kost jaarlijks EUR 200.000

Als je (frituur)vet in het toilet of de gootsteen gooit, komt het in het riool terecht. Daarna stroomt het via rioolgemaaltjes naar één van de 7 rioolwaterzuiveringen van waterschap Aa en Maas. Pompen maken overuren om het rioolwater door de persleidingen met aangekoekt vet te krijgen. En een groot aantal verstoppingen en verontreinigingen is het gevolg. Vooral in de periode rond Nieuwjaar.

Risico
Paul Bolt, bedrijfsleider van rioolwaterzuivering Oijen hierover: "Vet in de persleidingen vormt een blokkade en moet er dus uit. Daarvoor moeten wij extern experts inschakelen die met maar liefst 9 bar een grote plug door de persleiding drukken. Deze klus is niet geheel risicoloos, want er kan schade ontstaan aan de persleiding."

Lastig werk
"Ook de ontvangstkelders bij de rioolgemalen, waar het afvalwater wordt verzameld, raken verontreinigd met vet", vervolgt de bedrijfsleider. "Voor het schoonmaken van de ontvangstkelders huren wij specialisten in die met een zuig- en pompinstallatie aan de slag gaan. Wederom een kostbare klus. En het reinigen van de pompen komt er ook nog bij."

Storingen
"Ander probleem is dat vetten moeilijk afbreken tijdens het zuiveringsproces. Dit vergroot de kans op storingen en onkosten. Vet in afvalwater vraagt daarom extra aandacht van alle medewerkers op de zuiveringen", besluit Paul Bolt.

Oliebollenvet voer je zo af
Vloeibaar frituurvet kun je teruggieten in de verpakking of in een leeg melkpak en wegbrengen naar het inzamelpunt. Dan wordt er onder andere biodiesel van gemaakt.

Oliebollen