LEI

8 sep 2011
Onderdeel: LEI

De grootste opgave voor de Nederlandse glastuinbouw in het realiseren van de energiedoelstellingen voor 2020 is een aandeel duurzame energie van 20% in het totale energiegebruik. Met het reduceren van de CO2 -uitstoot en het verbeteren van de energie-efficiëntie ligt de glastuinbouw op koers. Voor bedrijven is een combinatie aantrekkelijk van energiebesparing en toepassing van duurzame energie. Het steviger positioneren van duurzame producten kan risico's wegnemen. Het programma 'Kas als Energiebron' kan de sector ondersteunen door kennis te bieden over risicobeheersing, samenwerking en praktijktoepassing.

Dit zijn bevindingen uit het, door het ministerie van EL&I gefinancierde, onderzoeksrapport 2020: energiedoelen gehaald van het LEI. De Nederlandse glastuinbouw heeft zich met het ondertekenen van het convenant 'Schone en Zuinige Agrosectoren' gecommitteerd aan een aantal ambitieuze doelstellingen op het gebied van energiegebruik in 2020. In het programma Kas als Energiebron (KaE) werken de glastuinbouw en de rijksoverheid samen aan het realiseren van hoge energieambities. Zoals te lezen is in de jaarlijkse Energiemonitor van het LEI, maakt de sector flinke stappen voorwaarts op dit terrein. Maar er is ook nog een weg te gaan voordat de doelstellingen bereikt zijn. Het verduurzamen van het energiegebruik is daarbij de grootste opgave. Dit komt door financiële en technische risico's en de beperkte beschikbaarheid van en bescheiden ervaring met duurzame energiebronnen zoals aardwarmte, groene stroom en biobrandstof. De sector streeft naar 20% gebruik van duurzame energie in 2020.

Het is voor het halen van de energiedoelen belangrijk om onderscheid te maken per bedrijfstype: niet alle oplossingen zijn voor elk bedrijf geschikt. Het combineren van verschillende toepassingen kan bijdragen aan een spreiding van het risico. Een bedrijf kan er bijvoorbeeld voor kiezen om voor een deel duurzame energie te gebruiken en tegelijk het totale gebruik terug te dringen. Op dit moment werken ondernemers aan verschillende nieuwe strategieën voor verduurzaming, zoals het gebruik van aardwarmte, nieuwe teeltstrategieën (Het Nieuwe Telen) en warmtekrachtkoppeling. Bepaalde onderdelen van innovaties zijn goed met elkaar te combineren en daar valt nog winst te behalen. Om de doelen te halen zal duurzame energie vooral ingezet kunnen worden bij energie-intensieve bedrijven, in combinatie met wkk op aardgas. Extensivere bedrijven kunnen bijdragen met een combinatie van energiebesparing en toepassing van duurzame energie. Verduurzaming is maatwerk voor elk bedrijf.

Er is bij dit onderzoek gebruik gemaakt van de backcasting-methode. De verwachte energiehuishouding in 2020 is vergeleken met de actuele situatie. Vervolgens zijn met ondernemers, toeleveranciers en dienstverleners pijnpunten geïdentificeerd. De voornaamste aanbevelingen die hieruit voortkomen zijn: Het differentiëren van het energieverduurzamingsbeleid naar het energiegebruik van bedrijven. Het stimuleren van (sectoroverschrijdende) samenwerking naar duurzame energienetwerken en handel in duurzame energie. Het verder ondersteunen van financieel en technisch risicovolle ontwikkelingstrajecten. En ten slotte het blijven besteden van aandacht aan en communiceren over de ontwikkeling van kennis en vakmanschap rond energie-innovatie.