---
Rabobank: Economische groei valt terug in 2012
13-12-2011 | Economisch
De neerwaartse risico's zijn groot en de vooruitzichten somber; de
Nederlandse economie groeit in 2012 naar verwachting nauwelijks. Door
de aanzienlijke groeivertraging waarop de wereldeconomie afkoerst, is
een milde recessie eind 2011/begin 2012 waarschijnlijk. Zowel de
remmende werking die van de eurocrisis uitgaat, als de vertraging van
de economische groei in de opkomende economieën pakt sterker uit dan
verwacht. Dat schrijven economen van Rabobank in de vandaag
gepresenteerde Visie op 2012.
Door de terugval van de wereldhandelsgroei hapert de Nederlandse
uitvoermotor, die normaliter de kracht is achter het economisch herstel
in ons land. Net als in 2011 zullen ook in 2012 de binnenlandse
bestedingen het stokje niet overnemen. Door een beperkte vraag naar
eindproducten, onderbenutting van de productiecapaciteit en matige
groeiverwachtingen is voor een groot deel van het bedrijfsleven de tijd
nog niet rijp voor hogere investeringen. Ook de consument zal het
opnieuw laten afweten in 2012. Lastenverzwaringen, dalende reële lonen,
onzekerheid over pensioenen en de situatie op de huizenmarkt en een
pessimistisch sentiment door de zich voortslepende Europese
schuldencrisis zorgen ervoor dat de consumenten-bestedingen onder druk
blijven staan. Daarbij loopt de werkloosheid naar verwachting verder op
in de eerste helft van 2012. De neerwaartse risico's voor onze economie
zijn groot, waarbij een verdere escalatie van de Europese
schuldencrisis het meest prominent is. Mochten deze risico's zich
manifesteren, dan kan onze economie doorschieten in een serieuze
recessie.
Eurocrisis nog niet bezworen
De eurocrisis staat ook het economisch herstel in de rest van Europa in
de weg. De groei in de eurozone was al aan het terugvallen, maar zal
nog sterker afnemen naarmate de Europese schuldencrisis verder uit de
hand loopt. Een recessie in de eurozone wordt dan ook steeds
waarschijnlijker. Overigens gaan de Rabo-economen uit van een milde
recessie, onder de expliciete veronderstelling dat de eurozone bijeen
blijft en er dus geen grote schokken zullen optreden. Zij verwachten
dat ook na het oplossen van eurocrisis nog een aantal magere jaren in
het verschiet ligt, mede omdat de mogelijkheden tot economische
stimulering zijn uitgeput.
De crisisbestrijding van de eurozoneleiders richt zich op het
structureel op orde brengen van de overheidsfinanciën van individuele
landen, zo werd duidelijk uit de Eurotop van vorige week. Hieruit
volgde onder meer de toevoeging van een strenge tekortnorm die in de
nationale wetgeving moet worden verankerd (genoemd werd maximaal -½
%-BBP structureel tekort). Tijdens de top werden ook stappen gezet om
te komen tot nauwere budgettaire samenwerking. Zo gaan de eurolanden
intergouvernementele afspraken aan waarin sancties voor het overtreden
van de begrotingsafspraken automatisch worden uitgedeeld en uitsluitend
door een grote politieke meerderheid van de regeringsleiders kunnen
worden teruggedraaid. Momenteel is dit precies andersom. Frankrijk wil
de maatregelen uiterlijk in maart 2012 hebben geïmplementeerd. Het
Verenigd Koninkrijk doet niet mee met de afgesproken maatregelen.
Tijdens de Eurotop zijn echter geen extra stappen gezet om de
crisismaatregelen te installeren, te versterken of uit te breiden. De
plannen voor invoering van eurobonds staan nog steeds geparkeerd en het
EFSF wordt niet verder verhoogd. Wel gaan de Europese landen extra geld
storten in het IMF (in totaal 200 miljard euro), maar dit is
onvoldoende om de totale omvang van de middelen die het vangnet rondom
de eurolanden moeten vormen, geloofwaardig te maken. En dat terwijl het
afstempelen van schulden van landen aan de private sector in
toekomstige steunpakketten wordt losgelaten. Schulden worden dus
impliciet gegarandeerd door Europa, zonder dat daar de faciliteiten
voor zijn ingericht, aldus de Rabo-economen.
De ECB toonde zich positief over het resultaat van de Eurotop, zonder
al concrete toezeggingen te doen over op handen zijnde interventies.
Hierdoor lijkt het welhaast onvermijdelijk dat de onzekerheid op enig
moment weer toeslaat.
Staatsschuldenproblematiek heeft andere impact in VS
Het ontbreken van een definitieve oplossing voor de
staatsschuldenproblematiek is een probleem dat de EU deelt met de
Verenigde Staten. Ook daar kan de politiek maar moeilijk tot
oplossingen komen. Het grote verschil is echter dat de VS vanwege hun
fiscale en politieke unie geen dollarcrisis hoeven te vrezen. Bovendien
trekken de VS in monetaire zin alle registers open door een extreem
lage rente en enorme geldinjecties in het systeem. De Rabo-economen
verwachten dat de VS een dubbele-diprecessie zoals die nu in de
eurozone heel dichtbij komt, in technische zin zullen ontlopen.
Desalniettemin zal ook in de VS de economische groei in 2012 laag
blijven.
Opkomende wereld voelt ook tegenwind
De opkomende economieën, zoals China, India en Brazilië, kennen
weliswaar een aanzienlijk hogere trendgroei en meer budgettaire en
monetaire speelruimte dan de Westerse landen, maar ook hier zal de
economische groei in 2012 enigszins terugvallen. De opkomende markten
houden zich weliswaar goed, maar zullen tegenwind voelen; hoewel ze
door hun omvang belangrijker zijn geworden voor de wereldeconomie, zijn
ze namelijk nog steeds sterk afhankelijk van de VS en de eurozone als
eindbestemmingen voor hun export en daarmee verre van ontkoppeld. In
essentie vormen de opkomende economieën dan ook nog altijd de wagon en
niet de locomotief van de wereldeconomie, aldus de Rabo-economen.
Hoe rekbaar is de wereld?
Tegelijkertijd met de macro-economische Visie op 2012 verscheen de
thema-uitgave Hoe rekbaar is de wereld? - De rol van technologie en
innovatie. In deze studie onderzoeken de Rabo-economen de impact van
innovatie en technologische vooruitgang op de economie en het
bedrijfsleven. Zij zien de rol van innovatie als groeimotor de komende
decennia toenemen door demografische verschuivingen (vergrijzing).
Kijkend naar omgevingsfactoren als de kwaliteit van het hoger onderwijs
en de publiek-private samenwerking moeten zij concluderen dat Nederland
slechts middelmatig scoort als het gaat om innovatief vermogen.
Desondanks geven de in de uitgave opgenomen interviews met Nederlandse
bedrijven blijk van een enorme innovatieve drang en weldoordacht
ondernemerschap. Technologie wordt bijvoorbeeld toepasbaar gemaakt voor
opkomende markten, doorbraken vinden plaats in de groente-veredeling en
door sociale media worden behoeftes en producten beter op elkaar
afgestemd.
---
Rabobank Nederland