Schulddienstverlening selectiever en effectiever
Beleidsplan schulddienstverlening donderdag 8 december in Zaanstad
Beraad.
07-12-2011
Het college van B&W legt het beleidsplan schulddienstverlening ter
vaststelling voor aan de gemeenteraad. In dit plan is vastgelegd hoe de
visie op schulddienstverlening uit 2010 in de praktijk wordt
uitgewerkt. De situatie van de schuldenaar wordt centraal gezet in het
nieuwe beleid. Hierdoor kan er een passend aanbod worden aangeboden,
wordt de eigen verantwoordelijkheid van de klant benadrukt en is de
uitvoering effectiever en efficiënter. Zo weten schuldenaren en
crediteuren eerder waar ze aan toe zijn. Het college wil hiermee
voorkomen dat schulddienstverlening wordt ingezet om een schuldsituatie
op te lossen terwijl dat om allerlei redenen geen of weinig kans van
slagen heeft.
Het beleidsplan voorziet in drie pijlers: betere samenwerking met
(keten)partners, selectievere instroom en preventie én nazorg.
Uitgangspunt in het beleidsplan is dat de gemeente alleen een
schuldregeling treft voor die schuldenaren waarbij sprake is van een
combinatie van zogenaamd regelbaar gedrag en een regelbaar
schuldenpakket. De motivatie van de klant om de eigen inkomsten te
verhogen en de eigen kosten te verlagen, spelen hierin een essentiele
rol. In de andere situaties bepalen de omstandigheden wat de gemeente
kan betekenen. Soms zijn er steunstructuren te realiseren waardoor een
schuldregeling toch mogelijk is (sociaal netwerk dat ondersteunt,
vrijwilligers, beschermingsbewind). Als een schuldregeling (nog) geen
optie is, kan de gemeente verwijzen naar een hulpverlenende
instantie/ketenpartner die de klant kan begeleiden. Eventueel kan een
instantie overwegen beschermingsbewind aan te vragen. Zo wordt de inzet
vanuit de gemeente passender en effectiever. Dit vereist een betere
ketensamenwerking en afspraken over de inzet, deze afspraken zijn in
het afgelopen jaar met de ketenpartners uitgewerkt.
De toelating tot de schulddienstverlening wordt naast selectiever ook
strenger. In principe krijgt iemand maar één keer schulddienstverlening
aangeboden en gelden aanvullende verplichtingen voor mensen die een
uitkering ontvangen van de gemeente. Zo kan iemand met een
bijstandsuitkering en schulden verplicht worden mee te werken aan een
re-integratietraject omdat werk meer mogelijkheden biedt voor een
succesvolle schuldregeling.
Voorkomen is altijd beter dan genezen. Daarom wordt aan preventie en
nazorg veel aandacht besteed. Meer samenwerking met
vrijwillgersorganisaties, maar ook andere partijen, zoals banken en
woningbouwcorporaties wordt daarbij steeds belangrijker. De
woningbouwcorporaties, GGD Zaanstreek Waterland en de gemeente werken
nu samen via het meldpunt betalingsachterstanden waarmee al in een
eerder stadium een indicatie gegeven wordt van een potentiële
schuldenachterstand. Bovendien wil het college voor die groep die nog
niet aan een schuldregeling kan deelnemen met een eenvoudige vorm van
budgetbeheer huisuitzetting of afsluiting van energie, water en
zorgverzekering voorkomen. Daarom kan voor een periode van maximaal 18
maanden, voorafgaand aan een schuldregeling, een eenvoudige vorm van
budgetbeheer worden aangevraagd door de begeleidende partnerinstelling.
Hiermee worden vanuit het eigen inkomen de kosten van huisvesting,
energie en zorgverzekering doorbetaald.
Met het beleidsplan schulddienstverlening geeft Zaanstad uitvoering aan
de nieuwe Wet Gemeentelijke Schuldhulpverlening die dit jaar is
aangenomen door de Tweede Kamer. Deze wet legt de uitvoering van
schuldhulpverlening definitief neer bij gemeenten, die daarvoor een
plan moeten opstellen waarin zij de werkwijze van de
schuldhulpverlening vastleggen. Deze wet treedt waarschijnlijk in de
tweede helft van 2012 in werking.
Gemeente Zaanstad