Rijksoverheid
Ruimer spreekrecht slachtoffers en nabestaanden
Nieuwsbericht | 02-12-2011
Het kabinet verruimt het spreekrecht voor slachtoffers en nabestaanden.
Zo mogen ouders van minderjarige slachtoffers straks in rechtszaken
spreken over de gevolgen van een misdrijf.
De ministerraad heeft op voorstel van staatssecretaris Teeven (VenJ)
ingestemd met de uitbreiding van het spreekrecht van slachtoffers en
nabestaanden in het strafproces.
Het kabinet wil slachtoffers beter ondersteunen. Spreekrecht kan
slachtoffers helpen bij de verwerking van het misdrijf en de dader
confronteren met de gevolgen.
Nabestaanden
Straks krijgen naast de (voormalige) levensgezel van het overleden
slachtoffer maximaal 3 nabestaanden het recht om op zitting te spreken.
Dat kunnen een kind of ouder zijn, maar ook andere familieleden met wie
het slachtoffer een hechte band had.
Ouders en voogden minderjarigen
Ouders of voogden krijgen spreekrecht bij minderjarige slachtoffers die
door hun jeugdige leeftijd niet in staat zijn te vertellen over de
gevolgen van het misdrijf. Minderjarige slachtoffers die zelf op
zitting kunnen spreken, mogen dat blijven doen.
Plaatsvervangende spreker
Slachtoffers of nabestaanden die zelf geen gebruik van hun spreekrecht
durven of willen maken, mogen iemand anders laten spreken, bijvoorbeeld
een familielid, een raadsman of medewerkers van Slachtofferhulp
Nederland.
Het wetsvoorstel wordt voor advies aan de Raad van State gestuurd.