Geen woning voor tweeverdienersgezin
27-11-2011
Uit een analyse van woningcorporatie Ymere blijkt dat het voor gezinnen met
twee werkende ouders en een gezamenlijk inkomen tussen de 33.000 en 40.000
euro onmogelijk is om aan een woning te komen.
Zij vallen door de Europese regelgeving tussen de wal en het schip
omdat zij niet meer in aanmerking komen voor een sociale huurwoning
maar ook niet kredietwaardig genoeg zijn om een hypotheek of een woning
in de vrije sector te krijgen.
Ymere baseert deze conclusie op basis van een analyse van het door de
corporatie in maart gelanceerde Woonticket Middeninkomens. Met het
Woonticket krijgen middeninkomens een voorrangspositie op een voor hen
betaalbare woning. De analyse heeft unieke kennis opgeleverd die is
gebaseerd op echte pogingen te komen tot een transactie. De
probleemgroep die Ymere naar voren brengt zijn echte mensen die niet te
bemiddelen zijn en geen fictieve statistische data uit marktonderzoek.
De gezinnen in de problemen mogen niet meer in de sociale huur maar
zijn ook niet kredietwaardig genoeg om een woning te kunnen kopen of in
de vrije sector te mogen huren. Dat komt omdat bij het toekennen van
sociale huurwoningen alle inkomens binnen een huishouden bij elkaar
worden opgeteld. Verhuurders in de vrije sector en
hypotheekverstrekkers rekenen echter het tweede inkomen maar deels mee.
Dit wordt ook geadviseerd door het NIBUD en de Nederlandse
Hypotheekgarantie. Daardoor is een gezin waar ouders allebei parttime
werken volgens de regels al snel te rijk voor een sociale huurwoning,
maar vinden marktpartijen ze te arm voor een marktwoning. Als er dan
ook nog kinderen in het gezin zijn en er dus een grotere woning nodig
is, blijken deze huishoudens in de praktijk tussen wal en schip te
vallen. Het betreft relatief vaak jonge gezinnen, waarvan de ouders
overwegend een MBO opleiding hebben gedaan.
De 10 procent ruimte die corporaties hebben om sociale huurwoningen aan
middeninkomens toe te delen is te klein om - naast de medisch urgenten
en de stadsvernieuwingsurgenten - ook deze huishoudens te huisvesten.
Van de urgent woningzoekenden die zich afgelopen half jaar bij
Woonticket inschreven, kon Ymere er 163 om genoemde reden niet
bemiddelen, terwijl ze in een half jaar slechts 75 sociale huurwoningen
aan middeninkomens mag verdelen. De (urgente) vraag is dus tweemaal
groter dan ons aanbod.
Ymere stelt voor om voor gezinnen met kinderen het gezinsinkomen op
dezelfde manier te definiëren zoals de markt, maar ook het NIBUD dat
doet: het hoogste inkomen binnen het gezin plus een derde van het
tweede inkomen binnen het gezin. Op deze manier kan een gezin met twee
kinderen waarvan de man als parttime onderwijzer 15.000 euro bruto
verdient en de vrouw als politieagente een inkomen van heeft van 24.000
euro toch in aanmerking komen voor een sociale huurwoning.
In de huidige regeling worden deze beide inkomens bij elkaar opgeteld,
wat resulteert in een gezinsinkomen van 37.000 euro; te hoog voor een
sociale huurwoning dus. De markt echter, (zowel koop als middeldure
huur) beoordeelt dit gezin anders. Hier hanteert men als gezinsinkomen:
het hoogste inkomen (24.000 euro) plus een derde van het tweede
gezinsinkomen (1/3 van 15.000 is 5.000 euro); tezamen 29.000 euro. Dit
inkomen is te laag om in aanmerking te komen voor een hypotheek voor
een passende koopwoning of voor een middeldure huurwoning. Dit gezin
zit dus klem tussen markt en minister. Ymere stelt dan ook voor om het
gezinsinkomen op dezelfde manier te bepalen als in de markt
gebruikelijk is. Deze berekening leidt tot een gezinsinkomen van 29.000
euro, waarmee dit huishouden in aanmerking komt voor een sociale
huurwoning en het probleem voor deze groep middeninkomens opgelost is.
Woningcorporatie Ymere