Verdachte Ewijk in vrijheid gesteld
25 november 2011 - Arrondissementsparket Arnhem
Op zondag 20 november 2011 is de politie een onderzoek gestart naar het
overlijden van een 56-jarige man in Ewijk. De politie heeft de relatie
onderzocht tussen een mishandeling van de man tussen 14.00 en 15.00 uur
die middag en zijn overlijden diezelfde dag rond 19.30 uur in het
Radboudziekenhuis.
Mishandeling
In het onderzoek is naar voren gekomen dat het slachtoffer door een
buurtbewoner is geslagen tussen 14.00 en 15.00 uur. De betreffende
buurtbewoner is op 20 november om 16.00 uur - toen het slachtoffer nog
niet was overleden- aangehouden op verdenking van mishandeling. Hij
heeft in zijn verhoor erkend te hebben geslagen. Van andere
geweldshandelingen op die dag is in het onderzoek niet gebleken.
De verdachte is op woensdag 23 november bij de rechter-commisaris van
de rechtbank Arnhem gebracht die zijn aanhouding rechtmatig heeft
geacht. De officier van justitie heeft op die datum bepaald dat de
verdachte in het belang van het onderzoek nog 3 dagen langer in
verzekering zou (kunnen) blijven om getuigen te kunnen verhoren.
Sectie
Door het Nederlands Forensisch Instituut is op 22 november sectie
verricht op het lichaam van het slachtoffer. De sectie wijst uit dat
het slachtoffer een hartinfarct heeft gehad 2 a 3 uur voor zijn
overlijden. Dit hartinfarct heeft vermoedelijk geleid tot medisch
ingrijpen in het ziekenhuis. Tijdens de noodzakelijke operatie is het
slachtoffer overleden. In het sectieverslag staat dat niet kan worden
aangegeven in welke mate de mishandeling heeft bijgedragen aan het
optreden van het hartinfarct. Een mogelijke oorzaak van het infarct zou
kunnen zijn gelegen in een bindweefselziekte waar het slachtoffer aan
leed.
Verdachte in vrijheid gesteld
Inmiddels heeft de politie de van belang zijnde getuigen in het
onderzoek gehoord. In deze stand van het onderzoek blijft de man
verdacht van mishandeling. Een causaal verband tussen de mishandeling
en het overlijden kan niet worden vastgesteld op basis van de
onderzoeken tot op heden. Nader microscopisch onderzoek zal volgen maar
afgewacht dient te worden of dat duidelijkheid kan verschaffen.
De officier van justitie heeft besloten dat de verdachte de resultaten
van dat onderzoek kan afwachten in vrijheid nu hij dat onderzoek niet
kan beïnvloeden. De officier van justitie heeft de verdachte in
vrijheid gesteld op 25 november nu er geen (juridische) gronden
(redenen) zijn voor het langer voortduren van voorlopige hechtenis.
De politie heeft voorts in haar onderzoek bevonden dat er eerdere
meldingen zijn geweest waarbij verdachte geweld zou hebben gepleegd
tegen het slachtoffer. Er is daarvan geen aangifte gedaan. Dit gegeven
maakt de juridische beoordeling van deze zaak niet anders.
Openbaar Ministerie