Zoals verwacht, heeft de rechtbank van koophandel (Handelsgericht) in Wenen, Oostenrijk, vandaag aangekondigd dat het verzoek van TPSA om vernietiging van de toekenning van DKK 2,9 miljard voor Fase 1 op 3 september 2010 is afgewezen door het Arbitragetribunaal.

De Oostenrijkse rechtbank bevestigt daarmee dat de toekenning verleend door het Arbitragetribunaal definitief en juridisch bindend is en dat de DKK 2,9 miljard voor Fase 1 - plus opgelopen rente, juridische kosten en griffierechten - onmiddellijk opeisbaar is.

De rechtbank van koophandel heeft ook aangekondigd dat TPSA een vergoeding moet betalen van DPTG EUR 190.000 voor juridische kosten. Bovendien moest TPSA griffierechten betalen aan de rechtbank van koophandel ter waarde van EUR 3.218.100.

CFO van GN Store Nord, Anders Boyer zegt er het volgende over: "Het vonnis van vandaag bevestigt nogmaals dat het slechts een kwestie van tijd is voordat TPSA de verschuldigde bedragen moet betalen volgens de definitieve en juridisch bindende uitspraak voor Fase 1 - hetzij vrijwillig door zich te houden aan de uitspraak van het Oostenrijkse Arbitragetribunaal, hetzij door middel van een handhavingsproces dat aanzienlijke kosten met zich mee zal brengen voor TPSA en haar aandeelhouders."

Achtergrond

GN Store Nord is nog steeds bezig met een arbitragezaak tegen Telekomunikacja Polska S.A. (TPSA) via haar 75% aandeel van DPTG I/S. Het geschil betreft de bepaling van verkeersvolumes vervoerd over het vezeloptische telecommunicatiesysteem van NSL in Polen. DPTG heeft recht op 14,8% van de netto-opbrengsten van NSL in de periode 1994-2009. De zetel van het Scheidsgerecht is Wenen, Oostenrijk.

De arbitragezaak tegen TPSA werd door DPTG gestart in 2001 als gevolg van het ontbreken van winstdeling door TPSA. Op 3 september 2010 kende het Arbitragetribunaal ongeveer DKK 2,9 miljard toe aan DPTG voor de contractperiode van 1994 tot medio 2004 (Fase 1). Ondanks het feit dat de toekenning definitief en wettelijk bindend is, betaalde TPSA niet het verschuldigde bedrag binnen de termijn van 14 dagen die was vastgesteld door het Arbitragetribunaal, en daarom is de betaling nog steeds uitstaand. Er wordt een boeterente van 6% per jaar in rekening gebracht totdat de betaling is ontvangen.

Deze bekendmaking is officieel geldend in de originele brontaal. Vertalingen zijn slechts als leeshulp bedoeld en moeten worden vergeleken met de tekst in de brontaal welke als enige juridische geldigheid beoogt.