Rechtbank Amsterdam
Geen verdere straf voor doden gehandicapte dochter
Amsterdam , 10-11-2011
De Amsterdamse rechtbank heeft vandaag een 85-jarige inwoonster van de
hoofdstad veroordeeld voor het doden van haar 47-jarige dochter die
leed aan het downsyndroom. Ondanks de ernst van het feit -zij sneed de
keel van haar dochter met een scheermesje door- heeft de rechtbank geen
verdere straf aan de vrouw opgelegd. De rechtbank volgde daarmee de eis
van de officier van justitie twee weken geleden.
De rechtbank overweegt onder meer dat de vrouw tenminste 35 jaren
alleen - zonder enige vorm van hulp - voor haar dochter heeft gezorgd.
De dochter was incontinent en kon niet zelfstandig eten. Op jonge
leeftijd is de dochter enige tijd opgenomen in een tehuis, waar zij zou
zijn mishandeld en seksueel misbruikt. Om die reden heeft de vrouw
daarna elke vorm van hulpverlening van de hand gewezen en altijd
zelfstandig voor haar dochter gezorgd.
De vrouw lijdt volgens deskundigen aan een cognitieve stoornis die het
voorstadium lijkt te zijn van de ziekte van Alzheimer. Mede daardoor
heeft de vrouw in de periode voor het delict een aantal berichten over
haar dochter onjuist geïnterpreteerd, waardoor zij in de
veronderstelling verkeerde dat haar dochter elke moment weer zou kunnen
worden opgenomen in een tehuis. Om dat te voorkomen is zij tot haar
wanhoopsdaad gekomen. Daarna heeft zij geprobeerd zichzelf van het
leven te beroven.
Na haar aanhouding is de vrouw korte tijd gedetineerd om onderzoek te
doen naar haar beweegredenen. Na die detentie is zij in afwachting van
de strafzaak tijdelijk in vrijheid gesteld. Gelet op de uitzonderlijke
omstandigheden van deze zaak en de leeftijd van verdachte is de
rechtbank van oordeel dat een verdere straf geen redelijk doel meer
dient.
Uitspraken: BU3929
Zie het origineel