UMC Groningen
Opinie over griepprik
01 november 2011
Met de botte bijl door griepprikland
Vorige week was het weer eens goed raak. Grote "ophef over de werking
van de griepprik" (NRC 25 oktober). Dit naar aanleiding van een artikel
in het Geneesmiddelenbulletin (Gebu) over de vermeende onwerkzaamheid
van de prik. Nu is er wel vaker discussie geweest over de griepprik,
maar het Gebu maakt het deze keer wel heel erg bont. Zelfs de
publicaties van de gerenommeerde Cochrane Collaboration, waar het Gebu
zich vooral op baseert, laten meer ruimte voor andere interpretaties.
Het Gebu doet zonder blikken of blozen de griepprik af als onwerkzaam
bij het grootste deel van de risicogroepen die het vaccin door de
Nederlandse overheid krijgen aangeboden. Ook wordt de Gezondheidsraad,
die de overheid over de griepvaccinatie adviseert, weggezet als een
organisatie die zich baseert op gebrekkige bewijsvoering. Het Gebu zet
daarmee veel op het spel en veroorzaakt grote maatschappelijke schade.
Wat is er nu echt aan de hand? Zeker, er is verwarring over de
effectiviteit van de griepprik. Dat komt vooral omdat in de duizenden
studies die gedaan zijn naar de werkzaamheid van de griepprik vaak niet
is gekeken naar de invloed van de vaccinatie op infectie met het
griepvirus, maar naar "griepachtige" ziekten of complicaties van de
griep, zoals een longontsteking. Nu kunnen "griepachtige" ziekten of
een longontsteking zeker het gevolg zijn van een infectie met het
griepvirus, maar ze kunnen ook door andere virussen of door bacteriën
veroorzaakt worden. Het is dan dus goed mogelijk dat je een vertekend
beeld krijgt van de werking van het vaccin, dat alleen tegen het
griepvirus is gericht.
Het enige juiste criterium voor de werkzaamheid van de vaccinatie is
natuurlijk of een infectie met het echte griepvirus (influenzavirus)
erdoor wordt voorkomen. Juist deze week is in het prestigieuze
wetenschappelijke tijdschrift Lancet Infectious Diseases een uitstekend
artikel gepubliceerd waarin 31 goed gecontroleerde onderzoeken op een
rijtje worden gezet die, meer dan de studies waar het Gebu zich op
baseert, aan zeer strikte wetenschappelijke kwaliteitscriteria voldoen.
En wat blijkt? De griepprik voorkomt in 59% van de gevallen infectie
van gezonde volwassenen met het influenzavirus. Dat komt overeen met de
resultaten van een goed gecontroleerde studie die in 1991-92 in
Nederland is uitgevoerd bij ruim 1800 60-plussers; in die studie werd
50% bescherming gevonden. De griepvaccinatie werkt dus wel degelijk.
Het gaat dan ook niet aan om de prik als onwerkzaam aan de kant te
zetten.
Sterker nog: het is schadelijk, want het gaat echt ergens over. De
ziektelast door influenza is enorm. Volgens schattingen van de
Wereldgezondheidsorganisatie doen zich jaarlijks in de
geïndustrialiseerde landen 3-5 miljoen gevallen van ernstige ziekte ten
gevolge van influenza voor, en zijn er 250.000 - 500.000 doden te
betreuren. Voor Nederland wordt geschat dat het aantal sterfgevallen
door complicaties van de griep rond de 800 per jaar ligt. En het aantal
ziekenhuisopnames ligt vele malen hoger. De complicaties en
sterfgevallen treden vooral op bij 60-plussers, de grootste doelgroep
voor de griepprik. Als we, door vaccinatie van de risicogroepen,
infectie met het influenzavirus kunnen voorkomen, al was het maar voor
een deel, dan voorkomen we daarmee dus ook complicaties en sterfte door
influenza.
Dat de griepprik werkt betekent overigens nog niet dat we geen betere
vaccins nodig hebben. Die 59% bescherming moet natuurlijk beter.
Bovendien zitten we met het probleem dat de samenstelling van het
vaccin vrijwel elk jaar aangepast moet worden omdat het griepvirus zo
variabel is. Er moeten dus echt nieuwe vaccins komen die niet alleen
meer maar ook een een bredere bescherming bieden. Het zou goed zijn als
we onze energie daarop zouden richten in plaats van op deze vruchteloze
discussie over de werkzaamheid van de griepprik.
Jan Wilschut
hoogleraar Moleculaire Virologie, Universitair Medisch Centrum
Groningen
Ted van Essen
huisarts, auteur van Dokter Ted. Gezond blijven met de MAX-dokter, en
onderzoeker bij het Universitair Medisch Centrum Utrecht
Deze opinie is in verkorte vorm geplaatst in de NRC van 1 november
2011