Nationale Bank van Belgie
2011-10-25
PERSCOMMUNIQUÉ
Verti-zontale differentiatie in monopolistische concurrentie
door Francesco Di Comite, Jacques-François Thisse en Hylke Vandenbussche
NBB Working Paper No 216 - Research Series
In dit onderzoek gaan 3 onderzoekers van de UCL na of en hoe "prijzen en smaken" verschillen tussen
landen. Wanneer een firma één van haar producten exporteert naar verschillende andere Europese of
niet-Europese landen, in welke mate wordt dat product verkocht tegen een verschillende prijs en zijn de
verkochte hoeveelheden per hoofd van de bevolking vergelijkbaar? In het onderzoek wordt niet zozeer
gekeken naar de absolute prijzen en hoeveelheden maar naar de rangschikking ten opzichte van andere
vergelijkbare producten. Met andere woorden, de onderzoekers vergelijken een kilogram pralines van een
bepaald merk in termen van prijs en verkochte hoeveelheid ten opzichte van de prijs en hoeveelheid van
vergelijkbare pralines verkocht door andere merken in het buitenland. De vergelijking bestaat erin om na te
gaan welk merk pralines de duurste zijn en welk merk de goedkoopste en of deze rangschikking van wie
duurst is en wie goedkoopst is in elk land waarin pralines verkocht worden dezelfde is of verschilt van land
tot land. Voor de verkochte hoeveelheden wordt dezelfde vergelijking gemaakt.
De resultaten van het onderzoek zijn eerder verassend. De belangrijkste bevinding is dat de
prijsrangschikking relatief dezelfde blijft ongeacht het land waarin verkocht wordt. Met andere woorden, een
dure kilogram pralines van een bepaald merk is ook vaak het duurdere merk in een ander land, terwijl de
goedkoopste pralines in één land ook vaak de goedkoopste zijn in een ander land. De prijsrangschikking
van vergelijkbare producten blijkt heel stabiel te zijn. Echter, dit is niet het geval voor de verkochte
hoeveelheden. Terwijl de duurdere pralines in sommige landen heel goed verkopen, is dat niet het geval in
andere landen. Ook is het niet zo dat de goedkoopste pralines in elk land het meest verkopen. In sommige
landen verkopen de dure pralines weinig en de goedkope veel, terwijl in andere landen de dure pralines net
veel verkopen en de goedkopere versies net minder. Dus de rangschikking van verkochte hoeveelheden
blijkt zeer onstabiel te zijn.
Om deze empirische bevindingen te begrijpen bouwen de onderzoekers een theoretisch model dat vele
parameters in rekening neemt zoals de kosten van productie, de kwaliteit van de producten, de grootte van
het land, het inkomen van de consumenten en de concurrentie die heerst in de lokale markt. Zij tonen aan
dat het theoretisch model enkel juiste voorspellingen in verband met verkochte hoeveelheden kan maken
indien naast de hiervoor genoemde parameters, men rekening houdt met "smaakverschillen" tussen landen
en tussen producten. Enkel smaakverschillen bieden een verklaring voor de grote verschillen die men
empirisch vaststelt in termen tussen verkochte hoeveelheden van vergelijkbare producten. De introductie
van "smaakverschillen" tussen landen en producten is vernieuwing ten opzichte van bestaande modellen
en verhoogt de juistheid van de voorspelling, wat dit onderzoek zeer vernieuwend maakt.