Rijksoverheid
24 oktober 2011
Antibiotica veehouderij
Geachte Voorzitter,
De ontdekking van penicilline betekende een doorbraak in de behandeling van
bacteriële infecties bij mens en dier. Inmiddels zijn er vele andere antibiotica
ontwikkeld. Een keerzijde van het gebruik van antibiotica is het optreden van
antibioticaresistentie, een natuurlijk verschijnsel. Het is van groot belang om
gezondheidsschade bij mens en dier door resistente bacteriën te voorkomen. We
moeten dus voorzichtig zijn met het gebruik van antibiotica, zowel veterinair als
humaan. In de afgelopen tijd hebben wij hierover vaak van gedachten gewisseld
met uw Kamer.
De Stichting Diergeneeskunde autoriteit (SDa) speelt een belangrijke rol bij het
streven naar vermindering van het gebruik van antibiotica in de veehouderij.
Tijdens het Algemeen Overleg van 26 mei jl. hebben wij u, in reactie op de moties
Van Gerven en Arib1, toegezegd om schriftelijk terug te komen op de structuur en
werkwijze van de SDa. Dit hebben wij herhaald in onze reactie op het
Gezondheidsraadadvies "antibiotica in de veeteelt en resistente bacteriën bij
mensen" (Kamerstukken 29683, nr. 104). Wij zouden ook ingaan op de
openbaarheid van de registratiegegevens van de individuele dierenarts. Dat willen
wij in deze brief doen. Ook willen wij ingaan op de gevolgen die dit heeft voor de
veehouders en dierenartsen. Tot slot willen wij ingaan op recent gepubliceerde
rapporten2.
1 Motie TK 29683 nr. 77.
2 Rapport Poortwachter, rapport van Commissie van Doorn, rapport Alders.
Probleemschets
Dat in de veehouderij erg veel antibiotica gebruikt worden, wordt nog eens
onderstreept door een recent rapport van de nieuwe Voedsel en Waren Autoriteit
(nVWA)3. De nVWA doet hierin verslag van een onderzoek naar het voorschrijven
van antibiotica door dierenartsen in de varkenshouderij in 2009. Uit dit onderzoek
blijkt dat in de praktijk door dierenartsen regelmatig afgeweken werd van de
beroepsstandaarden voor zorgvuldig gebruik van antibiotica, de zogenaamde
formularia. Het rapport bevestigt het beeld dat in de veehouderij antibiotica in te
veel gevallen onzorgvuldig worden gebruikt. Sommige veehouders slagen er
echter, ondersteund door hun dierenartsen, in om in hun bedrijf nauwelijks
antibiotica te gebruiken. Die voorbeelden bevestigen dat met bepaalde
maatregelen forse reducties mogelijk zijn.
Sturingsfilosofie
In eerdere brieven aan uw Kamer hebben wij aangegeven dat we forse reducties
in het veterinair gebruik van antibiotica willen realiseren: 20% in 2011 en 50% in
2013 ten opzicht van het gebruik in 2009. Zonder gedragsverandering bij
veehouders en dierenartsen is een succesvolle aanpak uitgesloten: zij moeten het
doen in hun dagelijkse praktijk. Daarom is draagvlak voor onze maatregelen bij
alle betrokkenen essentieel. Wij hebben er dus voor gekozen om de
verantwoordelijkheid voor het behalen van de reductiedoelstellingen primair bij de
sectoren zelf neer te leggen.
In eerste instantie willen wij de sectoren hierin ondersteunen en waar mogelijk
faciliteren. Tegelijkertijd monitoren wij nauwgezet het behalen van de
doelstellingen. De overheid ondersteunt de inspanningen van de sectoren door
wettelijke of andere overheidsmaatregelen en grijpt in als de sectoren hun
verantwoordelijkheid onvoldoende blijken te nemen. Sancties zijn aan de orde als
individuele veeartsen of dierenartsen zich niet houden aan regels en afspraken.
Dit is in lijn met de algemene filosofie van het kabinet waarin "vrijheid en
verantwoordelijkheid" enerzijds en "grenzen stellen en handhaven" anderzijds
belangrijke thema's zijn. De SDa is in dit geheel essentieel om sectoren zelf en de
overheid van informatie te voorzien op basis waarvan kan worden (bij-)gestuurd.
3 Verwijzing Rapport Poortwachter, wordt binnenkort op de website van de nVWA
gepubliceerd.
Stand van zaken
In de afgelopen periode is er veel gebeurd. De basis daarvoor is dat alle betrokken
partijen in de dierlijke keten erkennen dat zorgvuldig gebruik van antibiotica
noodzakelijk is, zowel ter bescherming van de volksgezondheid als ter
bescherming van de diergezondheid. Zij hebben met elkaar afgesproken dat de
belangrijkste pijlers zijn:
- het krijgen van volledige transparantie in het voorschrijven en het gebruik van
antibiotica;
- het benchmarken en beoordelen van dat gebruik.
Wij zijn akkoord gegaan met deze aanpak, onder voorwaarde dat hiermee de
reductiedoelstellingen voor antibioticagebruik daadwerkelijk worden verwezenlijkt.
De ontwikkelingen tot nu toe geven aan dat het aannemelijk is dat de
reductiedoelstelling van 20% in 2011 behaald zal worden. Hieronder gaan we op
de resultaten tot op heden in.
- Vorig jaar al was het totaal toegepaste volume antibiotica met ca. 12%
afgenomen ten opzichte van 2009. Dit terwijl de omvang van de veestapel
ongeveer gelijk is gebleven. Voor het einde van het jaar komen cijfers over
het gebruik in de eerste helft van 2011. Dan zal blijken of deze daling zich
doorzet.
- De SDa is opgericht door de sectoren; zij heeft onder andere de taak te
zorgen voor transparante en betrouwbare, sluitende registratie, die mede als
basis kan dienen voor toezicht en handhaving door de nVWA. De SDa stelt
benchmarknormen op voor zorgvuldig gebruik en voorschrijven van
antibiotica. De eerste hiervan zijn op 1 juli jl. uitgebracht. Deze kunnen door
de sectoren gebruikt worden om het gebruik van veehouders te toetsen. Wij
verwachten van de sectoren dat ze deze normen zullen toepassen binnen hun
eigen kwaliteitssystemen.
- Per september 2011 is het door middel van productschapverordeningen voor
alle veehouders in de varkens-, kalver-, rundvee- en vleeskuikensector
verplicht om centraal het antibioticumgebruik te registreren. Deze
verordeningen stellen ook het opstellen van een bedrijfsgezondheids- en
bedrijfsbehandelplan verplicht. Hierin staat ondermeer op welke wijze
antibiotica op het bedrijf worden ingezet en welke andere
managementmaatregelen het bedrijf neemt om het gebruik van antibiotica te
beperken.
Daarnaast hebben wij een aantal maatregelen genomen:
- We hebben de nVWA opdracht gegeven het toezicht te intensiveren; hiervoor
is met ingang van 2011 jaarlijks ¤ 1 miljoen extra beschikbaar.
- We hebben een wijziging van de Diergeneesmiddelenwet en Wet dieren voor
advies aan de Raad van State voorgelegd. Met deze wijziging kunnen
afspraken over centrale registratie van antibioticagebruik algemeen
verbindend worden verklaard.
- We hebben een wijziging van het Diergeneesmiddelenbesluit in voorbereiding
houdende een verplichting om een gevoeligheidstest uit te voeren voordat de
voor de volksgezondheid meest kritische antibiotica mogen worden gebruikt.
Dit voorstel wordt dit jaar aan de Raad van State voor advies voorgelegd.
- We hebben het preventief gebruik van antibiotica onmogelijk gemaakt.
- We stellen in een uitvoeringsregelgeving op grond van de Wet Dieren
strafbaar dat slachtdieren aan het slachthuis worden aangeboden met een
overschrijding van de residulimiet voor antibiotica.
- We hebben onderzoek gestart naar de haalbaarheid van antibioticumvrije
varkens- en pluimveeketens. In november 2011 volgt de eindevaluatie van de
eerste fase van het programma.
Deze ontwikkelingen zijn goed en nodig. Ze zijn niet voldoende; er moet nog veel
gebeuren om reductiedoelstellingen te halen. Hieronder gaan wij in op belangrijke
randvoorwaarden en ontwikkelingen om deze doelstellingen binnen de
sturingsfilosofie te kunnen realiseren.
Hoe zit het systeem in elkaar om te komen tot minder antibiotica gebruik
(globale schets)
Het huidige systeem om te komen tot minder antibioticagebruik in de veehouderij
is gebaseerd op een systeem van zelfregulering door de veehouderijsectoren en
dierenartsen. In dit systeem ligt een grote nadruk op de registratie van het
antibioticagebruik door de veehouderijsectoren en de dierenartsen. Deze
gebruiks- en voorschrijfgegevens worden transparant gemaakt door ze
beschikbaar te stellen aan de SDa en waar nodig aan de nVWA. De SDa kan
antibioticagebruik en voorschrijfgedrag in veehouderij in het algemeen en bij
individuele bedrijven in het bijzonder volgen. Ook kunnen er op basis van deze
transparante gegevens benchmarknormen worden opgesteld door de SDa. Bij een
onevenredig hoog antibioticagebruik ten opzichte van andere veehouders en
dierenartsen zullen zij worden aangesproken via hun private kwaliteitssystemen.
In deze gevallen van onevenredig hoog antibioticagebruik zullen de gegevens van
de desbetreffende veehouders en bijbehorende dierenarts transparant worden
gemaakt door ze beschikbaar te stellen aan de nVWA.
De sectoren blijven hiermee primair aan zet, maar wij willen met de sectoren
harde afspraken maken over de aanpak om de reductie te realiseren, en wij
beoordelen kritisch of de reductie tijdig wordt bereikt.
De overheid houdt toezicht op de wettelijke vereisten rondom antibioticagebruik.
Wij hebben u hierover geïnformeerd middels de kamerbrief over het
Gezondheidsraadadvies (Kamerstukken 29683, nr.104).
In ons toezicht zal er extra aandacht zijn voor veelgebruikers en voor veehouders
die niet zijn aangesloten bij private kwaliteitssystemen.
Registratie van antibioticagebruik
Zoals wij hierboven hebben aangegeven is transparantie van antibioticagebruik
door het individuele veehouderijbedrijf en het voorschrijfgedrag van de individuele
dierenarts een belangrijke voorwaarde om verdere reductie te kunnen realiseren.
Die transparantie is afhankelijk van de kwaliteit en volledigheid van de registratie
van zowel het voorschrijven als het toepassen van antibiotica.
De centrale registratie van antibioticagebruik door veehouders is geregeld via de
autonome verordeningen voor centrale registratie en verantwoording van
antibioticagebruik van het productschap voor Vee en Vlees (PVV) en het
productschap voor Pluimvee en Eieren (PPE). Deze verordeningen zijn in
september 2011 vastgesteld. Op grond van deze productschapsverordeningen zijn
veehouders in de varkens-, kalver-, rundvee- en vleeskuikensector verplicht om
hun antibioticagebruik centraal te registreren. Hiermee is de volledigheid van de
registratie door alle veehouders in die sectoren vastgelegd. De productschappen
zijn zelf verantwoordelijk voor toezicht op de naleving van deze verplichting.
Private afspraken van dierenartsen voor verplichte centrale registratie kunnen
algemeen verbindend worden verklaard op grond van de wijziging van de
Diergeneesmiddelenwet die op dit moment in procedure is. Wij zullen eind dit jaar
deze wijziging van de Diergeneesmiddelenwet aan uw Kamer aanbieden. Het
overgrote deel van de dierenartsen registreert reeds het gebruik in het Vetcissysteem
. Op dit moment wordt circa 85% van de antibioticumuitgifte door
dierenartsen via Vetcis in kaart gebracht.
De datasystemen van de veehouderijsectoren en van de dierenartsen dienen zo
spoedig mogelijk volledige en betrouwbare gegevens op het niveau van
individuele bedrijven en dierenartsenpraktijken te leveren. Om die reden
onderzoekt de KPMG in opdracht van de SDa de volledigheid en de
betrouwbaarheid van de gegevens in de datasystemen van de veehouders en de
dierenartsen. De eerste fase van dat onderzoek wordt binnenkort afgerond. Het is
al wel duidelijk dat de kwaliteit van de geregistreerde gegevens niet overal van
voldoende niveau is. KPMG zal verbeterpunten aangeven voor het verbeteren van
de volledigheid en betrouwbaarheid van de datasystemen. De SDa maakt
afspraken met de veehouderijsectoren en de Koninklijke Nederlandse
Maatschappij voor Diergeneeskunde (KNMvD) om de benodigde verbeteringen zo
spoedig mogelijk door te voeren. Met de vertegenwoordigers van de
veehouderijsectoren en de KNMvD is afgesproken dat de verbeterslag naar
volledigheid en vereiste kwaliteit van de datasystemen de hoogste prioriteit zal
krijgen.
De tweede en derde fase van het KPMG-onderzoek moeten bouwstenen opleveren
over het op orde krijgen van de systemen en het gegevensbeheer. Het onderzoek
van KPMG zal begin 2012 zijn afgerond.
Transparantie
De SDa zal de geregistreerde gebruiksgegevens gebruiken om benchmarknormen
op te stellen voor onevenredig hoog antibioticagebruik ten opzichte van andere
veehouders en dierenartsen.
Hiertoe heeft de SDa, met inachtneming van het wettelijk kader (de wet
bescherming persoonsgegevens), contractuele afspraken aan de sectoren
voorgelegd. Deze afspraken hebben betrekking op de toegang tot en het gebruik
van gegevens over het antibioticagebruik van (gecodeerde) individuele
veehouders en het antibiotica voorschrijfgedrag van (gecodeerde) individuele
dierenartsen. Hierdoor kan de SDa het gebruik en voorschrijfgedrag van
individuele - maar geanonimiseerde - veehouders en dierenartsen in de tijd
volgen.
Toezicht
De veehouderijsectoren zullen op basis van de private kwaliteitssystemen
verbetertrajecten opstellen voor de bij hun bekende veelgebruikers. De SDa volgt
de resultaten van deze verbetertrajecten. De SDa zal de codes van de
veelgebruikers en veelvoorschrijvers bij de nVWA kenbaar maken wanneer de
verbetertrajecten naar de mening van de SDa onvoldoende resultaat hebben.
De nVWA kan onder nader vast te stellen voorwaarden deze codes van de
individuele veehouder en dierenarts herleiden tot specifieke bedrijven en
dierenartsen. Op grond van een risicogebaseerde analyse kan de nVWA dan tot
nadere inspectie overgaan. Veelgebruik van antibiotica betekent overigens niet
direct een wettelijke overtreding. Bij overtredingen zal echter direct handhavend
worden opgetreden. De leden van de Stuurgroep antibioticaresistentie
dierhouderij (de vertegenwoordigers van veehouderijsectoren en de KNMvD)
hebben ons hun medewerking bij deze aanpak toegezegd.
Daarnaast is het de verwachting dat de veehouderijsectoren en hun
kwaliteitssystemen bovenwettelijke sanctiebepalingen opnemen voor deelnemers
die de benchmarknormen van de SDa overschrijden. Een goed voorbeeld is de
zuivelketen die inmiddels dergelijke sanctiebepalingen heeft vastgesteld. De
uiteindelijke sanctie bij het niet nakomen van afspraken is dat de
zuivelverwerkende bedrijven de melk niet meer afnemen en de dierenarts zijn
erkenning als geborgde rundvee dierenarts verliest, waardoor hij niet meer voor
melkveebedrijven in Nederland mag werken.
Hiernaast zal de nVWA ook toezicht houden op de wettelijke verplichtingen
omtrent antibioticagebruik, zoals ook aangegeven in de brief van
8 december 2010 (Kamerstukken 29683, nr 65) en in de reactie op het advies van
de Gezondheidsraad over het reserveren van bepaalde antibiotica voor humaan
gebruik.
De commissie van toezicht en de adviesraad voor de SDa
Wij hechten grote waarde aan de onafhankelijkheid van de SDa. Deze
onafhankelijkheid is essentieel om te komen tot een volledig transparant systeem
om het gebruik en het voorschrijven te registreren en te monitoren en om
onafhankelijke normen hiervoor op te stellen.
Wij hebben het bestuur van de SDa verzocht om toezichtconstructies te
onderzoeken en ons daarover te informeren. Vervolgens is overleg gevoerd met
dit bestuur, de betrokken veehouderijsectoren en de KNMvD. Bij de inrichting van
de huidige SDa (statuten, personele invulling van bestuur en expertpanel) is al
gestreefd naar maximale onafhankelijkheid en het borgen van voldoende
deskundigheid. De betrokken partijen dragen bestuursleden zonder belangen in de
sectoren voor. Het bestuur stuurt een uitvoerend bureau aan en wordt inhoudelijk
geadviseerd door een panel van onafhankelijke experts. Toehoorders van de
ministeries van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en Economische Zaken,
Landbouw & Innovatie (EL&I) wonen de vergaderingen van het bestuur bij. Het
bestuur van de SDa wil de onafhankelijke positie van de stichting verder
versterken en de overheid in staat te stellen extra inzicht te hebben in haar
werkzaamheden.
Wij zullen daartoe een commissie van toezicht instellen en leden voor deze
commissie benoemen. De taak van de commissie van Toezicht is toezicht te
houden op een onafhankelijke uitvoering van de taken van de SDa. De commissie
rapporteert twee keer per jaar haar bevindingen aan ons. De exacte vormgeving
van de toezichtsconstructie wordt op dit moment nader uitgewerkt.
De SDa is mede dankzij de inzet van de veehouderijsectoren en dierenartsen tot
stand gekomen en kan daarom op draagvlak in die sectoren rekenen. Om dit
draagvlak en de benodigde relevante kennis uit het veld te borgen wordt in het
organisatiemodel een adviesraad opgenomen. In deze adviesraad kunnen
vertegenwoordigers van de veehouderijsectoren, de KNMvD en eventueel overige
relevante maatschappelijke partijen vertegenwoordigd zijn. Zij kunnen advies
uitbrengen aan het bestuur van de SDa. De adviesraad bepaalt echter niet het
beleid, hiervoor is het bestuur verantwoordelijk.
Wij vertrouwen erop dat dit model voor de SDa doelmatig zal zijn voor borging
van de onafhankelijkheid van de stichting en dat de SDa haar slagvaardigheid zo
kan behouden. De leden van de Stuurgroep antibioticaresistentie dierhouderij
hebben ons hun medewerking bij het invoeren van deze structuur toegezegd.
In de brief die uw Kamer is toegezegd voor het algemeen overleg van 1 december
2011 zullen wij u nader informeren over de invulling van de commissie van
toezicht.
Reactie op rapporten van de Commissie van Doorn en de heer Alders
In de rapporten van de Commissie Van Doorn en de heer Alders over de
maatschappelijke dialoog over schaalgrootte in de veehouderij wordt gerefereerd
aan het hoge gebruik van antibiotica in de veehouderij. Onderstaand geven wij
een korte reactie op dit aspect uit deze twee rapporten.
In de rapportage van de heer Alders wordt geconstateerd dat een hoog
antibioticagebruik heeft geleid tot de ontwikkeling van resistentie van bacteriën.
Dit vormt een risico voor de gezondheid van mensen en dieren. Het hoge
antibioticagebruik is in de dialoog vaak genoemd als punt van zorg. Wij delen die
zorg. Het gebruik van antibiotica moet in 2013 gehalveerd zijn.
De Commissie van Doorn heeft - in opdracht van de Gedeputeerde Staten in
Noord Brabant - vorige maand het rapport "Al het vlees duurzaam"
gepresenteerd. Centraal staat de verduurzaming van de gangbare veehouderij in
Noord Brabant. De commissie stelt dat in het traject naar "Al het vlees duurzaam
in 2020" een cruciale rol is weggelegd voor de retail. Het streven van betrokken
partijen, verenigd in het Verbond van Den Bosch, is erop gericht dat op 1 januari
2013 uitsluitend "antibioticagezond" vlees in de schappen ligt.
Wij juichen de betrokkenheid van de retail en andere ketenpartijen bij het traject
om een zorgvuldig gebruik van antibiotica in de veehouderij te realiseren toe
omdat daarvan een sterke economische prikkel uitgaat. Om te komen tot
"antibioticagezond vlees" noemt het rapport enkele maatregelen die op korte
termijn genomen kunnen worden. Hieronder noemen wij deze maatregelen en
geven wij een korte reactie.
- Een verbod op preventief gebruik van antibiotica. Zoals reeds aangegeven in
de brief van 8 december 2010 (Kamerstukken 29683, nr. 65) is het preventief
gebruik van antibiotica nu al niet meer toegestaan.
- Een zwarte lijst van in de veehouderij verboden antibiotica. In onze reactie op
het advies van de Gezondheidsraad over het gebruik van antibiotica in de
veeteelt komen mogelijkheden voor het beperken en verbieden van antibiotica
ook aan de orde. Kortheidshalve verwijzen wij u naar deze brief
(Kamerstukken 29683, nr.104).
- Actief toezicht door de overheid op de naleving van de regels en actie tegen
veelvoorschrijvers en veelgebruikers. Een actief en effectief toezicht wordt
mede mogelijk gemaakt doordat de nVWA, zoals hierboven beschreven, de
beschikking krijgt over de gegevens van veelgebruikers en veelvoorschrijvers.
Wij zien de initiatieven uit de keten om de geformuleerde doelstelling te realiseren
met belangstelling tegemoet en zullen bezien of en hoe deze ondersteund kunnen
worden.
Internationale dimensie
Antibioticaresistentie is een internationaal probleem. Naast nationale maatregelen
is het dan ook belangrijk de problematiek te blijven agenderen in internationaal
verband.
Voor het doorvoeren van bepaalde maatregelen is het noodzakelijk om in
Europees verband regelgeving te herzien. Nederland zet antibioticaresistentie en
het antibioticumgebruik dan ook actief op de agenda binnen de verschillende
Europese en internationale gremia. Op 18 november a.s. zal de Europese
Commissie een overkoepelende strategie presenteren als onderdeel van de
'Antibiotic Awareness Day'. Denemarken heeft antibioticaresistentie aangewezen
als een topprioriteit tijdens haar voorzitterschap van de Europese Unie in de
eerste helft van 2012. Dit biedt kansen om concrete vervolgstappen in Europees
verband te realiseren.
Tot slot
Conform toezegging zullen wij u in november 2011 nader informeren over de
aanpak van antibioticumgebruik in de veehouderij. In deze brief zullen wij onder
andere ingaan op verdere professionalisering van de dierenarts, waarbij wordt
gekeken wat er te leren valt uit de humane gezondheidszorg, zoals bijvoorbeeld
de ontwikkeling van richtlijnen door de beroepsgroep zelf en het toezicht hierop
door de overheid. Ook de invoering van langdurige contracten voor veterinaire
dienstverlening, het gele kaart systeem in Denemarken en een analyse van de
voor- en nadelen van de ontkoppeling van voorschrijven en verkoop van
diergeneesmiddelen zullen worden toegelicht. Deze novemberbrief zal ook ingaan
op de evaluatie van de humane maatregelen, de invulling van het verscherpte
toezicht door de nVWA en de stand van zaken over de uitvoering van de moties
die ingediend zijn naar aanleiding van het Kamerdebat over antibiotica van 26 mei
2011.
De Staatssecretaris van Economische De Minister van Volksgezondheid,
Zaken, Landbouw en Innovatie, Welzijn en Sport,
dr. Henk Bleker mw. drs. E.I. Schippers