Rijksoverheid
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag
Directie Integratie Europa Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 20061 Nederland www.minbuza.nl Contactpersoon Robert Farla T 070-3484182 F 070-3486381 rca.farla@minbuza.nl Onze Referentie DIE-1277/11 Uw Referentie 2011Z19297 Bijlage(n) 1
Datum 21 oktober 2011 Betreft Beantwoording vragen van het lid Albayrak over de situatie van de Europese dienst voor Extern Optreden (EDEO).
Graag bied ik hierbij de antwoorden aan op de schriftelijke vragen gesteld door het lid Albayrak over de situatie bij de Europese Dienst voor Extern Optreden (EDEO). Deze vragen werden ingezonden op 4 oktober 2011 met kenmerk 2011Z19297.
De Staatssecretaris van Buitenlandse Zaken,
Ben Knapen
Pagina 1 van 4
Antwoorden van de Staatssecretaris van Buitenlandse Zaken op vragen van het lid Albayrak (PvdA) over de situatie bij de Europese Dienst voor het Externe Optreden (EDEO). Vraag 1 Heeft u kennisgenomen van het bericht ` Staff leaving EU diplomatic service amid bad working conditions' ? 1) Antwoord Ja. Vraag 2 Deelt u de mening dat het betreurenswaardig is dat dit belangrijke EU-orgaan een dergelijk relatief groot personeelsverloop kent? Vraag 3 Bent u bekend met de oorzaak van het relatief grote personeelsverloop bij EDEO? Antwoord Zoals het door u aangehaalde artikel aangeeft is het aantal mensen dat de EDEO verlaat niet groter dan het personeelsverloop in organisaties met een vergelijkbare grootte. De EDEO is een nieuwe organisatie die bestaat uit samengevoegde delen van de Commissie en het secretariaat-generaal van de Raad, aangevuld met door nationale diplomatieke diensten gedetacheerde personeelsleden. Door deze samenvoeging was een herschikking nodig. Tegen deze achtergrond is het begrijpelijk en uit oogpunt van efficiency zelfs goed dat een aantal personeelsleden is vertrokken naar andere Europese instellingen of daarbuiten een baan heeft gezocht. Om betrokkenheid van de lidstaten bij de EDEO te verzekeren is in het EDEOoprichtingsbesluit vastgelegd dat in 2013 een derde van de personeelsleden van de EDEO bestaat uit door de lidstaten gedetacheerde diplomaten. Personeelsverloop draagt bij om hiervoor ruimte te maken. Vraag 4 Heeft u uw zorgen geuit in Europees verband over het personeelsverloop bij EDEO? Vraag 5 Heeft u contact gehad met uw Europese ambtsgenoten over het personeelsverloop bij de EDEO? Zo nee, waarom niet? Vraag 6 Op welke wijze gaat u zich inspannen in Europees verband om de werkomstandigheden bij de EDEO te verbeteren? Vraag 7 Bent u bekend met de slechte relatie van mevrouw Ashton met sommige belangrijke departementen? Vraag 8 Deelt u de zorgen dat de EDEO en de taken van mevrouw Ashton te lijden hebben onder de huidige werkomstandigheden?
Directie Integratie Europa Onze Referentie DIE-1277/11
Pagina 2 van 4
Vraag 9 Deelt u de zorgen dat de EDEO mogelijk uit elkaar valt? Zo nee, waarom niet? Zo ja, op welke wijze spant u zich in Europees verband in de problemen bij de EDEO op te lossen? Antwoord De wijze waarop mevrouw Ashton haar dienst inricht is, binnen de kaders van het oprichtingsbesluit, haar eigen verantwoordelijkheid. De EDEO is sinds december 2010 operationeel. De problemen die in het door u genoemde artikel worden geschetst zijn deels terug te voeren op aanvangsproblemen. Desgevraagd bevestigde de EDEO dat er sinds de oprichting grote vooruitgang is geboekt met betrekking tot de werkomstandigheden. Ongetwijfeld zal nog niet alles perfect zijn, maar ik heb er vertrouwen in dat de EDEO onder leiding van de Hoge Vertegenwoordiger Ashton, resterende problemen snel zal oplossen. In de afgelopen maanden heeft de EDEO onder leiding van Hoge Vertegenwoordiger Ashton een actieve en waardevolle bijdrage geleverd aan de internationale beleidsvorming inzake onder andere het Midden-Oosten Vredesproces, de relaties tussen Servië en Kosovo en de Arabische regio. Het functioneren van de EDEO wordt regelmatig besproken tussen de EDEO en de lidstaten, zowel op ambtelijk niveau als in de Raad Buitenlandse Zaken. Vraag 10 Is het waar dat Senior council official Leonardo Schiavo een afdeling EU buitenlands beleid heeft opgericht naast die van mevrouw Ashton? Zo ja, wat is uw oordeel over deze constructie? Antwoord De heer Schiavo is sinds augustus 2011 directeur-generaal bij het secretariaatgeneraal van de Raad. In deze functie ondersteunt hij de Raad op de terreinen buitenlands beleid, uitbreiding, humanitaire hulp en civiele bescherming. Het raadssecretariaat verzorgt de (secretariële) ondersteuning van alle raden en voorbereidende werkgroepen. Het raadssecretariaat staat in de eerste plaats ten dienste van het voorzitterschap van een raad of werkgroep. Voor elke raad is er een DG binnen het raadssecretariaat. Deze verzorgt de distributie van stukken, verslaglegging, logistiek, vertolking, juridische ondersteuning etc. Het is geen beleidsinhoudelijk orgaan. Het feit dat de RBZ en de werkgroepen die de RBZvoorbereiden een vaste voorzitter heeft, verandert niets aan de ondersteunende taken van het raadssecretariaat. Bij de oprichting van EDEO is besloten dubbeling van taken zoveel mogelijk te voorkomen en zo min mogelijk nieuwe ondersteunende structuren te creëren voor de nieuwe dienst. Het handhaven van het raadssecretariaat als ondersteunende dienst voor de RBZ past daarbinnen. Vraag 11 Is het waar dat, twee jaar na het van start gaan van de EDEO, het voor medewerkers nog steeds onduidelijk is hoe de taakverdeling binnen de EDEO is? Zo nee, kunt u een overzicht geven van de organisatie van de EDEO en de bijbehorende taakverdeling?
Directie Integratie Europa Onze Referentie DIE-1277/11
Pagina 3 van 4
Antwoord De taakverdeling binnen de EDEO is duidelijk en volgt uit het organigram, dat ik bij het antwoord op deze vragen voeg. Vraag 12 Kunt u aangeven hoeveel Nederlanders er op dit moment werkzaam zijn bij de EDEO? Kunt u aangeven hoeveel Nederlanders inmiddels vertrokken zijn bij de EDEO? Kunt u aangegeven hoeveel Nederlanders er in totaal werkzaam zijn geweest bij de EDEO? Antwoord Er werken momenteel 41 Nederlanders op beleidsniveau voor de EDEO in Brussel (op een totaal van 1372 medewerkers) en 30 op de EU-delegaties (op een totaal van 691). Twee medewerkers van het ministerie van Buitenlandse Zaken die gedetacheerd waren bij de EDEO zijn inmiddels teruggekeerd bij dit ministerie. Vraag 13 Bent u bereid na te gaan wat er waar is van de beschrijving van de arbeidsomstandigheden bij de EDEO en het door de afdeling Human resources van de Europese commissie, die gaat over het interne beleid van de EDEO, gevoerde voorkeursbeleid zoals genoemd in dit artikel? Zo nee, waarom niet? Vraag 14 Deelt u de mening dat een belangrijk EU-orgaan als de EDEO zich de slechte arbeidsomstandigheden als genoemd in het artikel niet kan veroorloven? Antwoord Zie het antwoord op vraag 4 tot en met 9.
Directie Integratie Europa Onze Referentie DIE-1277/11
1)http://euobserver.com/18/113777
Pagina 4 van 4
---- --