Inspectie voor de Gezondheidszorg
Rode Hoed Symposium 5 oktober 2011
Toespraak | 11-10-2011 | |
Toepraak van Gerrit van der Wal tijdens het Rode Hoed symposium op 5
oktober 2011
Vorig jaar hield hoofdinspecteur curatieve zorg Wim Schellekens hier
nog een vurig betoog over governance. Ons toezichtkader governance,
waarmee we als inspectie een bijdrage willen leveren aan de verbetering
van de kwaliteit en veiligheid van de zorg, was toen net uit. Wim is
inmiddels weg bij de inspectie. En na een paar maanden van stilte ben
ik trots u te kunnen voorstellen aan onze nieuwe hoofdinspecteur
curatieve zorg: Anca Ansink.
Voor wie haar niet kent: Anca is gynaecoloog-oncoloog, was medisch
manager in het Erasmus MC en was de laatste jaren als bestuurder
verbonden aan de Integrale Kankercentra. Ik ben erg blij met haar
komst, ze is deze week begonnen. Zij zal de komende jaren zeker van
zich laten horen. Vandaag moet u het mij doen. .
Het afgelopen jaar is er de nodige deining geweest in het veld. Zo
zetten de zorgverzekeraars de eerste stappen naar het daadwerkelijk
contracteren op basis van kwaliteit. U herinnert zich nog het eerste
lijstje dat in de openbaarheid kwam, de lijst met ziekenhuizen waar
volgens CZ goede en geen goede borstkankerzorg werd geleverd. Niet elk
ziekenhuis was daar gelukkig mee, om het maar op z'n zachtst te
zeggen. Een publieke discussie volgde. Iets dat overigens zeker niet
verkeerd is. En -zoals u weet- kwam CZ gisteren met een nieuwe lijst...
Ik wil de wetenschappelijke verenigingen -de Nederlandse Vereniging
voor Heelkunde voorop- complimenteren met de grote inspanningen die zij
dit jaar hebben geleverd om met een aantal minimumvolumenormen te komen
voor hoogcomplexe zorg. Overigens niet zonder de nodige steun en druk
van de inspectie. Als ziekenhuis, maar ook als individuele
professional, moet je niet meer alles doen, maar die dingen doen waar
je -vooral door ervaring- goed in bent. Waardoor je de beste resultaten
haalt. Het komt de patiënt ten goede!
De weg naar verdere concentratie van ziekenhuiszorg is inmiddels
ingezet. In de regio zijn de gesprekken tussen ziekenhuizen en
maatschappen inmiddels in volle gang om met elkaar te bepalen wie welke
zorg het beste kan leveren. Dat loopt op de ene plek wat soepeler dan
op de andere. En ook deze materie houdt de gemoederen flink bezig. Het
wordt een aardverschuiving in het Nederlandse zorglandschap. U kent de
discussie over het concentreren van de zorg voor kinderen met kanker.
De consequenties van concentratie en het afstoten van taken zijn soms
maar moeilijk helemaal te overzien, dat maakt het tot een spannend
proces. Dat geldt in het bijzonder voor de kleinere ziekenhuizen.
Daarbij is het van groot belang is om met elkaar goede afspraken te
maken. Samen te werken. Voorzover de NMA dat toelaat natuurlijk.
Ziekenhuizen -Raden van Bestuur en medische staven- zullen strategische
keuzes moeten maken, onderling maar ook binnen het ziekenhuis.
Samenwerking is wat mij betreft het sleutelwoord. Intradisciplinair met
medische collega's, en in multidisciplinair verband. Met
verpleegkundige collega's, met bestuurders, maar ook met technici, met
inkopers, met ICT'ers. Binnen de muren belangrijk maar ook daarbuiten!
U bent onderdeel van een keten of netwerk met daarin bijvoorbeeld de
huisarts, de thuiszorg, de apotheker, de specialist ouderengeneeskunde
of de psychiater.
En daar bovenop is er dan ook nog de noodzakelijke samenwerking met
andere ziekenhuizen in uw regio op het gebied van de spoedeisende hulp,
de intensive care zorg en de hoogcomplexe ingrepen. Het draait daarbij
uiteindelijk allemaal om het reduceren van risico's. Hoe beter er wordt
samengewerkt, hoe beter de communicatie verloopt, hoe minder kans op
fouten.
De inspectie start volgend jaar met de uitvoering van haar nieuwe
Meerjarenbeleidsplan. We leggen hierin de focus primair op het
reduceren van veiligheidsrisico's in de zorg. We richten ons toezicht
op díe plaatsen en op díe processen waar de kans op fouten het grootst
is of waar de schade groot is áls er iets mis gaat. Kwetsbare groepen,
zoals ouderen, gehandicapten, zeer ernstig zieke patiënten zijn voor
ons extra belangrijk.
Een permanent aandachtspunt blijft voor ons de operatieve zorg, de
spoedeisende hulp en de intensive care. Een nieuw speerpunt is
medicatieveiligheid en medicatieoverdracht. U kent ongetwijfeld
allemaal de cijfers van de medicatiegerelateerde ziekenhuisopnames. Die
moeten naar beneden. We hebben laatst een kleine steekproef gedaan
onder huisartsen en apotheken. Bij vrijwel niemand bleken de
medicatiegegevens overeen te komen. Ik hoef u niet te vertellen welke
risico's dit met zich mee kan brengen. Zeker bij patiënten met
comorbiditeit die met veel verschillende zorgverleners te maken hebben.
Samenwerken en standaardiseren van informatie-uitwisseling
-ic-technisch en inhoudelijk- zijn ook hier van cruciaal belang om de
risico's te verkleinen.
Wij sluiten als inspectie graag aan bij uw initiatieven om risico's te
reduceren. We delen er zelfs prijzen voor uit! Het operatieve proces is
een van de meest risicovolle. De inspectie houdt het operatieve proces
al jaren goed in de gaten en dringt aan op richtlijnen om dit proces te
optimaliseren.
In juni heb ik de IGZ-Zorgveiligprijs overhandigd aan mevrouw dr.
Boermeester van het AMC voor de door haar ontwikkelde en geteste
SURPASS. Dit is een `afvinklijst' voor het volledige operatieve proces.
In medisch-specialisitische kringen wordt nog vaak geringschattend over
afvinklijstjes en checklists gedaan. Dit vind ik volkomen onterecht. Zo
heeft de SURPASS zijn waarde meer dan bewezen. Het voorkomt fouten en
is daarmee levensreddend. Het geeft bovendien niet alleen grote
gezondheidswinst voor de patiënten maar heeft daarnaast een heilzaam
effect op de kosten van het systeem. Een win-win situatie dus.
Ik vind dat checklists vaker moeten worden toegepast. Ze zijn bijna
geniaal in hun eenvoud. Ze maken de kans op vergeten, verwisselen,
mistasten enzovoorts kleiner. Al die dingen waar u veel te goed en te
knap voor bent. Ze maken de weg vrij om hoogwaardige competenties voor
echt complexe zaken in te zetten.
Het draait om ander gedrag, om erkenning en herkenning van de
toegenomen complexiteit van de processen. Om de wetenschap dat het niet
meer alleen omde individuele prestatie gaat, maar dat de kans van
slagen afhangt van de mate van samenwerking. Alle schakels moeten in
elkaar grijpen.
En dan kom ik als vanzelf op het thema governance. Patiënten vertrouwen
erop dat het veilig is in de zorg en dat dat komt doordat alle
partijen in het model hun rol waarmaken. Maar hoeveel wetten,
richtlijnen en convenanten er ook zijn, dat is geen garantie voor
veilige en kwalitatief goede zorg. Het valt of staat met u. De complexe
zorg van tegenwoordig vraagt van u feitelijk een nieuw soort van
professionaliteit. En bij die professionaliteit hoort als
vanzelfsprekend het afleggen van verantwoording over geleverde
prestaties inclusief die waarin u als professional een autonome keuze
heeft gemaakt voor de patiënt.
Zonder het nemen van verantwoordelijkheid op het juiste moment,
ontstaan ernstige incidenten. Die doen afbreuk aan het imago van de
zorg en de zorgverleners en leveren een vertrouwensbreuk op bij de
patiënt. Ik noem de recente gebeurtenissen in het Maasstad ziekenhuis
in Rotterdam. Inmiddels zijn er duizenden patiënten bij betrokken,
heeft de reputatie van het ziekenhuis een deuk opgelopen en is de
patiententoestroom substantieel afgenomen. Dat wens ik geen ziekenhuis
toe. Hoewel het onderzoek van de inspectie nog loopt, is het helder dat
het daar op meerdere momenten heeft ontbroken aan het nemen van
professionele verantwoordelijkheid om patiëntschade en dus menselijk
leed te voorkomen. Verantwoordelijkheid nemen op het juiste moment,
daar gaat het om.
Dat geldt ook voor de ziekenhuiszorg in de avond-, nacht- en
weekenduren. Uit ons recent gepubliceerde onderzoek blijkt dat er
buiten kantoortijden specifieke risico's zijn voor de
patiëntveiligheid. We hebben de ziekenhuizen en professionals
opgeroepen zich aan dit rapport te spiegelen en in het eigen
ziekenhuis, op de eigen afdeling te kijken of deze risico's aanwezig
zijn.
De inspectiefilosofie gaat uit van het gegeven dat de
verantwoordelijkheid voor kwaliteit en veiligheid ligt bij de
bestuurders en professionals. En niet bij de inspectie zoals het beeld
in de buitenwereld soms lijkt te zijn. We gaan uit van vertrouwen
totdat blijkt dat dit vertrouwen beschaamd wordt. Dan treden we tijdig
en hard op. Ik noem het nog maar een keer: "high trust, high penalty".
Maar er is wel een verschil tussen gerechtvaardigd vertrouwen en blind
vertrouwen. Verantwoording afleggen binnen de zorginstelling, maar ook
naar buiten moet vanzelfsprekend zijn. De burger en politiek vragen
erom.
Ik vind het goed te zien dat ook u als medisch specialisten beseft dat
u verantwoording dient af te leggen. Ik heb de concept Model
Toelatings Overeenkomst, waarin is opgenomen dat u als medisch
specialist deel zult nemen aan evaluaties over uw individuele
functioneren en dat deze informatie wordt gedeeld met de Raad van
Bestuur, met belangstelling gelezen. Ik zie dit als een belangrijke
stap in de cultuuromslag die gaande en nodig is in de zorg. Ik betreur
wel dat het op dit moment een vrijblijvend karakter heeft. Ik wil u bij
deze vragen dat nog eens grondig te heroverwegen.
De komende jaren gaat de inspectie zich -nog meer dan voorheen- ook
richten op het vraagstuk van de disfunctionerende beroepsbeoefenaar en
de wijze waarop wij dit met elkaar vroeg kunnen herkennen en
signaleren. Zodat sneller ingegrepen kan worden -zo mogelijk
preventief, zo nodig repressief. Ik hoop dat wij elkaar daarin kunnen
vinden en synergie kunnen maken.
Tenslotte wil ik nog iets zeggen over een nieuwe vorm van
toezichthouden die wij het afgelopen jaar hebben toegepast en waar we
erg tevreden over zijn. Het betreft het onderzoek naar de kwaliteit van
zorg en veiligheidsrisico's op de Intensive Care's nivo 2/3 dat vorige
maand is gepubliceerd. We hebben met elkaar, inspectie en veldpartijen,
voorafgaand aan de start van het onderzoek goed met elkaar overlegd
over de uitvoering van het onderzoek. Waarbij ik onmiddellijk toegeef
dat we even nodig hebben gehad om elkaar te vinden. Tijdens het
onderzoek hebben onze inspecteurs veel uiterst toegewijde professionals
gezien. Ze werden prima ontvangen, zowel tijdens aangekondigde als
onaangekondigde bezoeken, tijdens en buiten kantooruren en hun adviezen
werden goed opgevolgd. Veel was al op orde gebracht voordat we
langskwamen. Resterende tekortkomingen daarna voor het volgende
controle bezoek.
Mede doordat we al tijdens het onderzoek aan handhaving hebben gedaan,
konden we een maand geleden met trots vaststellen dat alle IC-zorg van
niveau 2/3 in Nederland voldoet aan de voorwaarden voor verantwoorde
zorg. Dit was zo goed nieuws dat het geen enkel bericht in de media
waard bleek. Niettemin, een prachtig resultaat van goede interactie
tussen zorgprofessionals en de inspectie, ieder vanuit eigen rol en
verantwoordelijkheid. Met de patient als grote winnaar. Zo kan het dus
ook! En het smaakt naar meer!
Ik dank u voor uw aandacht.