|Openbare besluitenlijst | |Vergadering Gedeputeerde Staten d.d. 4 oktober | |2011 |1. Regierol voor BRAMM De Stichting BRAMM voert in opdracht van het Platform Mobiliteitsmanagement Brabant mobiliteitsmanagementtaken uit in Brabant. De bestuurders van overheid en bedrijfsleven in het Platform willen BRAMM een regierol geven. Om te voorkomen dat er ongeoorloofde staatssteun wordt verstrekt, wordt de Stichting BRAMM benoemd tot Dienst van Algemene Economisch Belang.
2. Actualisatie Beleidsagenda over verkeer en vervoer Elke twee jaar wordt de beleidsagenda die gaat over verkeer en vervoer geactualiseerd op basis van de monitoring van de mobiliteit in Brabant en nieuwe politieke inzichten. Gedeputeerde Staten informeren de commissie Mobiliteit en Financiën over het proces van de herijking van de zogenaamde Dynamische Beleidsagenda en de rol van de Statenleden bij de tweede herijking van de Dynamische Beleidsagenda in 2011- 2012.
3. Afronding vervreemding aandelen Essent Op 30 september 2011 is het bedrijf Energy Resources Holding (ERH) door Publiek Belang Elektriciteitsproductie (PBE) aan RWE overgedragen. Het conflict over de overdracht van de aandelen in N.V. Elektriciteits-Produktiemaatschappij Zuid-Nederland (EPZ) met het Zeeuwse bedrijf Delta is definitief beëindigd. De vervreemding van de aandelen Essent is nu afgerond.
4. Studiereis BrabantStad Gedeputeerde Ruud van Heugten en drie ambtenaren nemen deel aan een studiereis naar Düsseldorf op19, 20 en 21 oktober 2011. Deze reis wordt georganiseerd in opdracht van de stuurgroep Netwerkprogramma BrabantStad. De reis heeft als thema "Multimodaal goederenvervoer en internationale (trein)verbindingen". Tijdens de reis worden de onderlinge banden van de deelnemende partijen versterkt en doet men nieuwe buitenlandse contacten op.
5. Minister prijst Brabants toezicht op gemeenten De minister van BZK prijst Brabant voor de proef met een terughoudend financieel toezicht op de gemeenten en de meerwaarde die dit had voor de landelijke modernisering van het financieel toezicht. De essentie daarvan is dat het toezicht op de begroting primair door de gemeenteraad wordt uitgeoefend. De provincie er op let of de inkomsten en uitgaven op de gemeentebegroting in evenwicht zijn, eventueel op lange termijn. De minister vraagt de provincie om bij de modernisering van het financieel toezicht op de gemeenten expertise ter beschikking te stellen, GS zeggen dat graag toe maar tekenen aan dat het verschuiven van het verticaal (toezicht provincie richting gemeenten) naar het horizontaal toezicht ( de gemeenteraad controleert zelf de begroting) wel betekent dat dit horizontale toezicht versterkt moet worden.
6. Statenvragen SP over Reiling De provincie mag van de Raad van State een aan Reiling BV in Sterksel opgelegde dwansom nog niet innen, maar als nieuwe overtredingen worden geconstateerd zal opnieuw worden bekeken welk handhavingsmiddel het meest effectief en efficiënt is om in te zetten. Dat kunnen ook dwangsommen zijn. Dat antwoorden GS op Statenvragen van de SP.
7. Statenvragen SP over DMV International DMV International moet de provincie een rapportage overleggen over incidenten op 28 mei en 12 augustus. Daarin moet DMV de oorzaak aangeven, de gevolgen en wat het bedrijf doet om herhaling te voorkomen. Vooralsnog is niet gebleken dat sprake is van overtredingen en lijkt het bedrijf afdoende op incidenten toegerust. Dat antwoorden GS op Statenvragen van de SP.
8. Statenvragen PVV over EVZ Helmond De realisatie van de ecologische verbindingszone (EVZ) Goorloop-Zuid is een kans om op dit moment ter plaatse een goed ingerichte en functionerende natuurlijke eenheid te realiseren. Dat antwoorden GS op Statenvragen van de PVV.
9. Statenvragen PvdA over gezondheidsrisico's brand Chemie-Pack In eerste instantie waren de Veiligheidsregio's Zuid-Holland Zuid en Midden- en West-Brabant verantwoordelijk voor de gezondheidkundige risicobeoordeling, daarna de gemeente Moerdijk. Door de GGD is in opdracht van de veiligheidsregio's Zuid-Holland Zuid en Midden- en West-Brabant een rapport opgesteld naar aanleiding van gemelde klachten. Er is nog geen formele gezondheidkundige risicobeoordeling uitgevoerd waarbij de eventuele gevolgen van de bodemverontreiniging voor de volksgezondheid in beeld zijn gebracht. Doordat het terrein is afgesloten is direct contact met de verontreiniging niet mogelijk. Er zijn dan ook geen aanwijzingen dat er sprake is van gezondheidkundige risico's als gevolg van de aanwezige verontreiniging, zolang het terrein afgesloten is. Dat antwoorden GS op Statenvragen van de PvdA.
10. Statenvragen 50PLUS over schaliegas De bezorgdheid van de Nederlandse Waterleidingbedrijven voor de bedreiging van het grondwater ten gevolge het gebruik van chemicaliën bij de winning van schaliegas is een ondersteuning van het standpunt van GS. Dat antwoorden GS op vragen van de 50Plus-statenfractie.
11. Statenvragen PVV over duurzaamheid De definitie voor duurzaamheid die in het VN-rapport 'Our common future' van de commissie Brundtland is leidend voor de provinciale interpretatie van duurzaamheid. De Commissie-Van Doorn geeft aan dat in haar benadering van duurzaamheid van de voedselkolom het dier centraal staat, de volksgezondheid geborgd is, het ecologisch draagvlak gegarandeerd wordt en dat het daaruit volgende productiesysteem een economisch perspectief biedt aan de ondernemer. Die invulling ligt in het verlengde van de provinciale interpretatie van duurzaamheid. Dat antwoorden GS op vragen van de PVV-Statenfractie.
12. Statenvragen PvdD over realisatie windturbines in West-Brabant De provincie heeft geen ambities per gemeente voor het plaatsen van windturbines. In de Energieagenda en Structuurvisie is een doelstelling opgenomen van 320 MW windenergie in 2020. Dit is een doelstelling die, binnen de ruimtelijke randvoorwaarden zoals gesteld in de Structuurvisie en Verordening ruimte, in heel de provincie Noord- Brabant kan worden gerealiseerd. Binnen de provincie Noord-Brabant zijn genoeg initiatieven dan wel locaties bekend om deze doelstelling te kunnen halen. Ingeschat wordt dat in 2015 er in totaal circa 220 MW aan windenergie kan zijn gerealiseerd of vergund. Met de West-Brabantse gemeenten vindt momenteel overleg plaats waar en hoe de resterende opgave van circa 100 MW kan worden gerealiseerd. Dit antwoorden GS op Statenvragen van de Partij voor de Dieren.
13. Statenvragen D66 over positie provincies / IPO Als Noord-Brabant, of één van de andere provincies, uit het IPO treedt, verzwakt dat de positie van het IPO als belangenbehartiger. Daarnaast zal Brabant meer moeite moeten doen om de met andere provincies gedeelde/gezamenlijke belangen voor het voetlicht te brengen bij onder andere het Rijk. Iedere provincie kan het lidmaatschap van het IPO opzeggen. Er dient in dat geval nog vijf jaar contributie betaald te worden. De contributie voor Noord-Brabant bedraagt E 764.712 per jaar. Dit antwoorden GS op Statenvragen van D66.
14. Statenvragen PVV over spoedaanpak bereikbaarheid De besteding van het fonds voor de spoedaanpak van de bereikbaarheid van de vijf grote steden en Oosterhout (Regionaal Fonds BrabantStad) is afhankelijk van de gemeenten die de projecten hebben ingediend. Gedeputeerde Staten geven een overzicht van de projecten, de stortingen, de status en het saldo van het fonds aan de PVV-Statenfractie.
15. Statenvragen PvdA over OV chipkaart in buurtbussen De lopende proeven met de OV chipkaart in de buurtbussen hebben als doel de chipkaartapparatuur op functionaliteit te testen. Over het al dan niet slagen van deze proeven kan niet worden vooruitgelopen. Dit antwoorden Gedeputeerde Staten op vragen van de PvdA-Statenfractie.
16. Reactie op Havenvisie Rotterdam 2030 Het havenbedrijf Rotterdam geeft belanghebbende partijen de gelegenheid te reageren op de Ontwerp Havenvisie Rotterdam 2030. GS benadrukken dat een goed bereikbare haven met robuuste achterlandverbindingen van belang is voor een goed bereikbaar Brabant. Voorgesteld wordt om met het Havenbedrijf een strategie te ontwikkelen om de achterlandverbindingen robuust te houden. In de reactie is tevens de Brabantbrede steun beschreven aan de ambitie van het Havenbedrijf om de positie van het grootste Europese havencomplex en een belangrijk Europees industriecomplex te behouden en te versterken. Het gehele complex is een zeer belangrijke pijler onder de welvaart van Nederland. Van groot belang is daarbij de borging van de ambitie om eveneens een koppositie in te nemen als het gaat om het verhogen van de efficiency en duurzaamheid. De reactie van Brabant wordt opgenomen in de Havenvisie 2030, die in het najaar van 2011 door de gemeenteraad van Rotterdam en Deltalinqs zal worden vastgesteld.
17. Samenwerkingsovereenkomsten project Samen Sterk in het Buitengebied In aansluiting op de ervaringen met het samenwerkingsproject Samen Sterk in het Buitengebied (SSiB) in Zuidoost-Brabant heeft de provincie het initiatief genomen dit project uit te rollen naar de regio's Midden- en West-Brabant en Brabant Noord. Per regio is in nauw overleg met andere handhavende instanties (gemeenten, politie, natuurterreinbeheerders, waterschappen) en het Servicepunt Handhaving, een projectvoorstel en een samenwerkingsovereenkomst voorbereid, waarbij de kosten door de deelnemende partijen worden gedragen. Bij de handhaving in het buitengebied zijn vele handhavende instanties betrokken, waardoor de handhaving is versnipperd. SSiB beoogt de effectiviteit en de doelmatigheid van de handhaving te verbeteren, door de inzet van een klein team van regiohandhavers die een coördinerende rol vervullen en de oog- en oorfunctie van handhavers stimuleren.
18. Overdragen beslissingsbevoegdheden Wegenwet De Wegenwet bevat bepalingen die te maken hebben met de uitvoering, terwijl de beslissingsbevoegdheid daarover in sommige gevallen nog bij Provinciale Staten ligt. Het is logisch gezien het dualisme, dat Provinciale Staten de beslissingen over die uitvoeringskwesties overdragen aan Gedeputeerde Staten. Dit stellen GS voor in een notitie aan PS.