UMC Groningen
Meetinstrumenten voor bepaling bloedsuikerstofwisseling (HbA1c) bij patiënten
met diabetes nog vaak onder de maat
14 september 2011
De meeste zorgverleners in de diabeteszorg gebruiken de HbA1c waarde om
te beslissen of zij patiënten moeten aanraden om de behandeling te
veranderen of niet. Onderzoekster Erna Lenters-Westra, werkzaam in het
Klinisch Chemisch Laboratorium van de Isala Klinieken in Zwolle, heeft
aangetoond dat de meeste kleine, handzame instrumenten om de HbA1c
waarde in het bloed te meten niet de verwachte nauwkeurigheid bieden.
Als deze instrumenten worden gebruikt om de diagnose diabetes te
stellen, kan dit leiden tot een over- of onderschatting van het aantal
mensen met de ziekte. Ook kan de mate van ontregeling bij mensen met
diabetes worden over- of onderschat. Lenters-Westra promoveert op 21
september aan de Rijksuniversiteit Groningen op de resultaten van haar
onderzoek.
Het HbA1c is een onafhankelijke parameter voor de mate van controle van
de suikerstofwisseling bij patiënten met diabetes (suikerziekte). De
HbA1c waarde zegt iets over de gemiddelde bloedsuikerregulatie van de
patiënt gedurende de laatste 6 tot 8 weken. Het heeft een voorspellende
waarde voor de kans op complicaties van diabetes op langere termijn,
bijvoorbeeld aan de ogen, nieren en bloedvaten. HbA1c wordt dan ook
gebruikt voor het monitoren van de patiënt en het eventueel aanpassen
van de behandeling.
Het meten van het HbA1c moet niet worden verward met het meten van de
bloedsuikerwaarde die veel diabetespatiënten zelf doen met een
vingerprik. Op basis van de bloedsuikerwaarde kunnen zij de hoeveelheid
te gebruiken insuline voor dat moment bepalen. Het HbA1c geeft aan hoe
goed de dagelijkse aanpassing van bloedsuikerwaarden over een langere
periode is gelukt.
Handzame instrumenten om HbA1c direct af te lezen
Voor het meten van het HbA1c is een vereiste dat de gebruikte
meetmethode nauwkeurig is en voldoet aan de gestelde kwaliteitseisen
hiervoor. Lenters-Westra heeft de prestaties van acht verschillende
point-of-care instrumenten onderzocht. Met deze kleine, handzame
instrumenten kan direct de HbA1c waarde worden afgelezen. Ze worden
steeds meer gebruikt in de buurt van de patiënt, bijvoorbeeld als de
arts direct bij het bezoek van de patiënt het HbA1c wil weten om dit
met de patiënt te kunnen bespreken. Ook huisartsen en diabetescentra
gebruiken steeds vaker point-of-care instrumenten. De nauwkeurigheid
van zes van de acht point-of-care instrumenten was ver onder de maat.
Lenters-Westra concludeert dat de analytische problemen van de
point-of-care instrumenten aangepakt moet worden om te weten of deze
instrumenten echt betrouwbaar zijn. Blijft dit achterwege, dan is het
niet langer raadzaam om de instrumenten in de directe patiëntenzorg te
gebruiken voor het vaststellen van de diagnose diabetes of hoe goed
iemand met diabetes is geregeld.
Internationale impact
Recent heeft de American Diabetes Association voorgesteld om het HbA1c
te gaan gebruiken voor het stellen van de diagnose diabetes, hetgeen
het belang van de meting onderschrijft. Het onderzoek van
Lenters-Westra heeft bijgedragen aan de beslissing in de Verenigde
Staten dat de point-of-care instrumenten hiervoor niet gebruikt mogen
worden.
Laboratoria in Nederland en België
Ook heeft Lenters-Westra de analysemethoden onderzocht die in 220
laboratoria in Nederland en België worden gebruikt. Uit haar onderzoek
blijkt dat één op de vijf laboratoria een analysemethode gebruikt
waarbij het HbA1c te zeer kan afwijken van de werkelijke waarde. In
sommige laboratoria wordt een zeer nauwkeurige HPLC-methode gebruikt.
Lenters-Westra concludeert dan ook dat de verscheidenheid aan kwaliteit
van de analysemethoden enorm is, variërend van slecht tot zeer goed. In
de klinisch chemische laboratoria blijkt veel kennis te zijn over de
analytische kwaliteit van de methoden om HbA1c te meten. Zij kunnen een
belangrijke rol spelen om de klinische zorg op dit terrein te
verbeteren.