OM eist in hoger beroep 14 jaar cel voor moord op kerkhof
Vlissingen
19 september 2011 - Ressortsparket Den Haag
Het Openbaar Ministerie (OM) heeft vandaag in hoger beroep een
gevangenisstraf van 14 jaar geëist tegen de man die ervan verdacht
wordt een 42-jarige vrouw op een kerkhof te Vlissingen op 5 juli 2008
om het leven te hebben gebracht.
Het OM is van oordeel dat verdachte met voorbedachte raad de vrouw om
het leven heeft gebracht en er dus sprake is van moord. `Het
slachtoffer is door slagen met een stuk marmer, afkomstig van een graf,
om het leven gebracht. Dat marmer lag niet in de onmiddellijke omgeving
van het bankje waarop het slachtoffer heeft gezeten. Aannemelijk is dat
dit stuk marmer door de verdachte is opgehaald. Daarna moet verdachte
zijn teruggelopen met het marmer en heeft hij met dat stuk marmer al
dan niet direkt op het hoofd van het slachtoffer geslagen. Aannemelijk
is verder dat de eerste klap niet onmiddellijk tot de dood heeft
geleid. Daarna moet er in ieder geval nog één keer op haar hoofd zijn
geslagen', aldus het OM. De feiten leiden tot de gevolgtrekking dat in
de visie van het OM verdachte vòòr de beide slagen voldoende tijd heeft
gehad om na te denken en zich rekenschap te geven van de gevolgen van
zijn voorgenomen daad. Zelfs na het toebrengen van de eerste slag heeft
hij tijd gehad om na te denken alvorens een tweede slag toe te brengen.
Hij heeft dus gehandeld na kalm beraad en rustig overleg en dus met
voorbedachte raad.
Bij de strafeis heeft het OM meegewogen, naast het enorme leed dat
verdachte de nabestaanden van het slachtoffer heeft bezorgd, dat
verdachte ook verantwoordelijk kan worden gehouden voor mishandeling
van het slachtoffer en het over geruime tijd verkopen, afleveren en
verstrekken van cocaïne aan verslaafde gebruiksters, veelal in ruil
voor seks. Ook is verdachte eerder terzake van geweldsdelicten met
politie en justitie in aanraking geweest. Dit alles leidt ertoe dat het
OM in hoger beroep een hogere straf eist dan dan bij de rechtbank is
geëist en opgelegd.
De rechtbank veroordeelde de verdachte eerder tot een gevangenisstraf
van 12 jaar conform de eis van de officier van justitie. De verdachte
stelde hoger beroep in tegen de uitspraak.
Openbaar Ministerie