Gemeente Cranendonck


Onderzoek stankklachten

Tijdens de zomer van 2010 kwamen er bij de gemeente veel klachten binnen over stankoverlast. Het klachtenpatroon leek erop te wijzen dat één of meerdere agrarische bedrijven overlast veroorzaakten, mogelijk doordat ze zich niet hielden aan de voorschriften uit de milieuvergunning. De klachten deden zich voornamelijk voor bij warm weer en weinig wind. Om een dergelijke situatie in 2011 te voorkomen heeft ons bestuur besloten alle agrarische bedrijven in onze gemeente te laten controleren.

Tijdens de controles is met name gelet op het (juiste) gebruik van luchtwassers. Daarnaast is nagegaan of er andere mogelijke bronnen van stankoverlast zijn en of de voorschriften om stankoverlast te voorkomen worden nageleefd. Inmiddels zijn al onze agrarische bedrijven die nog niet in de eerste helft van 2010 werden gecontroleerd, voor een controle bezocht. Het resultaat van de bezoeken is als volgt:
* De meeste agrarische bedrijven in onze gemeente maken gebruik van traditionele stallen. Slechts enkele bedrijven maken gebruik van emissiearme stallen.

* Bij twee bedrijven zijn overtredingen met betrekking tot de regels voor luchtwassers geconstateerd. Bij deze bedrijven loopt inmiddels een handhavingsactie.
De overige luchtwassers voldeden op het moment van de controle aan de gestelde eisen.

* Bij de overige bedrijven zijn geen overtredingen geconstateerd die geuroverlast tot gevolg zouden kunnen hebben. De stalsystemen voldoen aan de uitvoeringseisen en gebruikseisen.

De controles hebben dus geen indicatie gegeven of een situatie zoals in 2010 zich weer voor kan doen. Overtredingen die van invloed kunnen zijn op het veroorzaken van geuroverlast zijn niet geconstateerd.

Betekent dit nu dat er ook geen overlast zal worden ondervonden? Helaas geeft de uitkomst van de controles geen reden om dit te concluderen. Het controleren op de naleving van de regels is een momentopname. Ook het voldoen aan de regels met betrekking tot de luchtwassers geeft geen garantie op het voorkomen van geuroverlast. Het handhaven van de regels resulteert dan ook niet altijd in het voorkomen of terugdringen van geuroverlast.
De wetgeving met betrekking tot geurhinder en veehouderijen staat een bepaalde mate van geur toe. In gebieden met lokale concentraties van (intensieve) veehouderijen worden - ook in andere gemeenten - regelmatig geurproblemen gesignaleerd. Deze problemen komen vaak voor onder omstandigheden met warm weer, weinig wind enz. Door inversie (een meteorologisch verschijnsel dat in de zomer wel vaker voorkomt) blijft geur in de onderste luchtlaag hangen en mengt zich niet met de lucht erboven. Dit kan de oorzaak van geuroverlast zijn. De specifieke meteo-omstandigheden zijn meegenomen in de gemiddelde omstandigheden waarop geurberekeningen voor de vergunningverlening zijn gebaseerd. Maar omdat ze in het gemiddelde zijn opgenomen, kan er bijvoorbeeld bij vergunning verlening niet specifiek rekening mee gehouden worden. Dit kan ertoe leiden dat er klachten over geur zijn, terwijl er wettelijk geen grond is om handhavend op te treden.