Milieu Centraal


Auto op groengas of elektriciteit milieukampioen

Utrecht, 01 september 2011

Autorijden op groengas of elektriciteit is op dit moment het meest milieuvriendelijk. Voorlichtingsorganisatie Milieu Centraal vergeleek de verschillende brandstoffen op uitstoot van CO2, NOx, fijnstof en op landgebruik.

Elektrisch rijden en groengas ontlopen elkaar niet veel in uitstoot en scoren beiden beter dan benzine, diesel, lpg èn de biobrandstoffen bio-ethanol en biodiesel. Financieel gezien blijken groengas en elektrisch te kunnen concurreren met benzine of diesel.

Groengas

Auto's op groengas scoren vooral goed voor het klimaat. De uitstoot van het broeikasgas CO2 vermindert met 40 tot 90 procent ten opzichte van benzine, afhankelijk van de gebruikte grondstof voor groengas. Met mest als grondstof valt nog eens extra winst te behalen: er wordt dan voorkómen dat methaan in de lucht komt. Dat is gunstig, want methaan is een krachtig broeikasgas (25 keer zo sterk als CO2).

Elektrisch rijden geeft een lage broeikasgasuitstoot en nauwelijks luchtverontreiniging. De auto veroorzaakt geen uitstoot op de plaats waar hij rijdt en dat is gunstig voor omwonenden en medeweggebruikers. Bij de opwekking van energie in de elektriciteitscentrales komen naast CO2 ook verontreinigende stoffen uit de schoorsteen, maar deze hebben een veel minder direct effect op de gezondheid van mensen.

Kosten

Milieu Centraal vergeleek de verschillende brandstoffen ook op kosten. Groengas en aardgas kwamen daarbij als gunstig uit de bus vanaf 13.000 kilometer per jaar. De kosten van elektrisch rijden zijn sterk afhankelijk van de levensduur van de accu. Wanneer uitgegaan wordt van de kosten van een leaseaccu scoort elektrisch rijden vanaf 15.000 kilometer per jaar vergelijkbaar met een auto met een benzinemotor, ondanks de hogere aanschafkosten.

De praktische beperkingen van elektrisch rijden bestaan vooral uit de lage actieradius, onzekerheid over de levensduur van de accu en de hoeveelheid oplaadpunten. De beperkingen van rijden op groengas bestaan vooral uit de op dit moment beperkte beschikbaarheid van de pompstations. Momenteel 70, eind 2011 naar verwachting 100. Groengas tankstations zijn mede gefinancierd met subsidies van de provincies.