Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie
NPCF-reactie op EPD-doorstart
22 augustus 2011
De NPCF is onder voorwaarden akkoord met een eventuele doorstart van
het Elektronisch Patiënten Dossier (EPD). De NPCF wil weten hoe en door
wie patiënten straks geïnformeerd worden. 'Iedereen heeft er recht op
goed en volledig voorgelicht te worden over de voor- en nadelen van een
EPD', zegt NPCF-directeur Wilna Wind. 'Pas dan kun je als patiënt een
goede afweging maken: geef je wel of geen toestemming voor
elektronische uitwisseling van jouw medische gegevens'.
De NPCF reageert daarmee op het plan dat een samenwerkingsverband
tussen vijf koepels van artsen en apothekers heeft opgesteld om het EPD
alsnog vlot te trekken. Hierdoor zou de investering van 300 miljoen
euro door het Rijk niet voor niets zijn geweest.
De NPCF maakt zich al jaren sterk voor een goede, betrouwbare en
veilige informatievoorziening in de zorg. De NPCF vindt een landelijke
elektronische uitwisseling van medische gegevens in het belang van de
patiënt en patiëntveiligheid.
'Medische gegevens kunnen op ieder moment en op iedere plek voor
patiënten van belang zijn,' zegt Wilna Wind. 'Een overzicht van de
actuele medicatie moet overal waar een patiënt komt beschikbaar zijn.
Dus vinden wij dat medische gegevens met een patiënt mee moeten kunnen
reizen door heel Nederland, en daar is een landelijke infrastructuur
voor nodig.'
De NPCF heeft ten aanzien van het EPD een aantal voorwaarden waar het
ook bij een mogelijk doorstart aan vasthoudt. Zo vindt de NPCF dat
patiënten toegang moeten hebben tot hun eigen gegevens. Patiënten moet
kunnen zien wie hun gegevens wanneer heeft geraadpleegd. En de NPCF wil
dat patiëntenorganisaties worden betrokken bij de ontwikkeling van het
EPD.
'Bij een eventuele doorstart moeten patiënten-(organisaties)
medezeggenschap krijgen,' stelt Wilna Wind. 'Wij willen een structurele
rol hebben bij besluitvorming over het elektronisch patiëntendossier:
welke gegevens staan erin, tussen wie worden ze uitgewisseld en
waarom?'
De NPCF heeft bij een eventuele doorstart een aantal vragen waar
antwoord op moet komen. Hoe worden patiënten geïnformeerd en door wie?
Waar moeten patiënten straks terecht met vragen en klachten? En wat als
onverhoopt blijkt dat de organisaties die nu aan de deadline werken de
deadline niet halen? Dat heeft grote consequenties voor de patiënt.
De organisaties (de Landelijke Huisartsenvereniging (LHV), de
Vereniging Huisartsenposten Nederland (VHN), het Nederlands Huisartsen
Genootschap (NHG), de apothekersorganisatie KNMP en de Nederlandse
Vereniging van Ziekenhuisapothekers (NVZA)) zeggen in een vertrouwelijk
voorstel dat het nieuwe ontwerp de privacy van de patiënt volledig
garandeert. Nictiz, de organisatie die belast was met de ontwikkeling
van het EPD, heeft na het afblazen door de Eerste Kamer opdracht
gekregen te onderzoeken of een doorstart mogelijk is. Uiterlijk vandaag
moet Nictiz de minister informeren over de haalbaarheid van een
eventuele doorstart en de voorwaarden die zij daaraan stelt.