College van Beroep voor het bedrijfsleven
Bij DSB Bank N.V. afgesloten achtergestelde deposito's vallen onder het
depositogarantiestelsel
Den Haag , 30-6-2011
Het College van Beroep voor het bedrijfsleven heeft op 30 juni 2011
uitspraak gedaan op het hoger beroep van drie spaarders van DSB Bank
N.V. van wie de aanvraag om vergoeding van hun achtergestelde
deposito's uit het depositogarantiestelsel door De Nederlandsche Bank
N.V. (DNB) is afgewezen. Het College is van oordeel dat de vorderingen
uit deze achtergestelde deposito's wél vallen onder het
depositogarantiestelsel.
In het nationale depositogarantiestelsel moeten achtergestelde
deposito's aan de Europese herziene Bankenrichtlijn worden getoetst.
Onder deze richtlijn vallen deze achtergestelde deposito's niet onder
het eigen vermogen van DSB Bank, omdat de deposito-overeenkomsten niet
uitsluiten dat de achtergestelde deposito's ook vervroegd opeisbaar
zijn buiten het geval van liquidatie van de bank. Dat betekent dat de
vorderingen uit deze achtergestelde deposito's vallen onder het
nationale depositogarantiestelsel.
Het College is van oordeel dat dit niet anders wordt in het geval moet
worden aangenomen dat de achtergestelde depositohouders over informatie
van DSB Bank beschikten die inhield dat hun deposito's niet onder het
depositogarantiestelsel vielen. Dit wordt evenmin anders door het feit
dat DNB het product van de achtergestelde deposito's eind 2001 heeft
gekwalificeerd als eigen vermogen van DSB Bank.
Voor nadere informatie kunt u contact opnemen met:
mr. R.C. Stam, persraadsheer, tel. 070 381 3910 of met
mevrouw C. de Wit-Kuiper, communicatiemedewerker, tel. 070 381 3934
Uitspraken:BQ9755
Zie het origineel