EUCO 29/11
PRESSE 201
PR PCE 5
Opmerkingen van voorzitter Van Rompuy tijdens de laatste
persconferentie van de Europese Raad
Na de economische discussie van gisteren hebben we vanochtend drie
punten besproken: onze reactie op de ontwikkelingen in de Arabische
wereld, migratie en vrij personenverkeer, en de toetreding van Kroatië.
Wat het eerste punt betreft: de Europese Unie zal een belangrijke rol
blijven spelen in de historische ontwikkelingen die zich momenteel
voltrekken in Noord-Afrika en het Midden-Oosten. Zonder Europa was er
een Arabische lente geweest, maar zonder ons komt er geen Arabische
zomer!
We zijn getuige van positieve en negatieve ontwikkelingen. Aan de
positieve kant zien we, naast de democratische hervorming in Tunesië en
Egypte van afgelopen lente, een grondwetshervorming in Marokko, nieuwe
beloften van politieke hervormingen in Jordanië, en het opheffen van de
noodtoestand en plannen voor grondwetshervormingen in Algerije.
De Europese Unie wil een bijdrage leveren aan deze veranderingen. We
bieden de landen van de regio een nieuw partnerschap aan, ter
bevordering van de democratische én de economische hervormingen ten
behoeve van de burgers. Daarbij zullen de prestaties en behoeften van
onze partners los van elkaar worden beoordeeld: "minder voor minder",
en "meer voor meer".
In de meest krachtige bewoordingen veroordelen we het voortdurende
geweld en de onderdrukking door het Syrische bewind tegen zijn eigen
burgers. Met zijn acties ondergraaft het Syrische bewind zijn eigen
legitimiteit. Gisteren heeft de EU nieuwe sancties ingesteld tegen het
bewind van Assad.
In Libië handhaven we de militaire druk zolang Khadafi aanblijft. We
zijn ook met onze internationale partners de democratische overgang
voor na het Khadafi-bewind aan het voorbereiden.
Wat Jemen aangaat, herhalen we dat er dringend een ordelijke en brede
overgang moet plaatsvinden.
De Arabische lente is ook een uitnodiging aan ons adres om met
verdubbelde inspanning het vredesproces in het Midden-Oosten vlot te
trekken. Alleen de hervatting van rechtstreekse onderhandelingen biedt
een realistische kans om de situatie op het terrein te verbeteren en
zodoende te leiden naar een blijvende en alomvattende oplossing. De
Europese Raad verleent zijn volle steun aan de oproep van de hoge
vertegenwoordiger aan het Kwartet om een geloofwaardig perspectief te
bieden voor het opnieuw opstarten van het vredesproces. We steunen ook
het Franse initiatief om in Parijs een donorconferentie te beleggen.
Tweede discussiepunt vanochtend was migratie. Dat punt had ik vorige
zomer al op de agenda gezet, nog voordat het door de gebeurtenissen in
de Arabische wereld een dringende aangelegenheid werd. Vandaag zijn we
op vier punten tot besluiten gekomen.
In de eerste plaats kunnen we de migratiedruk op onze zuidgrenzen het
best verminderen door jonge mensen in Noord-Afrika en het Midden-Oosten
te helpen in eigen land een toekomst op te bouwen. Een geslaagd
migratiebeleid begint buiten onze grenzen. Daarom gaan de nieuwe
partnerschappen met de zuidelijke buurlanden ook over migratie,
mobiliteit en veiligheidsaspecten.
Ten tweede zetten we, met betrekking tot asiel, het licht voor de
onderhandelingen in de Raad op groen. We vinden de recente voorstellen
van de Commissie over procedures en opvangvoorzieningen een geschikte
basis voor die toekomstige onderhandelingen. We houden vast aan 2012
als streefdatum voor de invoering van het gemeenschappelijk Europees
asielstelsel.
Ten derde, met betrekking tot Schengen, zijn alle staatshoofden en
regeringsleiders uitgesproken voorstander van vrij personenverkeer: dat
is een vitale pijler van de Europese integratie en een grondrecht van
de burger. Zonder aan dit basisbeginsel te tornen, vonden we het nodig
de Schengenregels te verbeteren. "Er moet een beschermingsmechanisme
worden ingebouwd om te kunnen reageren op buitengewone omstandigheden
die een bedreiging vormen voor de Schengensamenwerking in haar
algemeenheid, zonder dat het beginsel van vrij personenverkeer in
gevaar wordt gebracht."
In het kader van dit mechanisme kan, in allerlaatste instantie, een
beschermingsclausule worden opgenomen op grond waarvan, in een
werkelijk kritieke situatie, als een lidstaat niet langer in staat is
zijn verplichtingen na te komen, bij wijze van uitzondering opnieuw
controles aan de binnengrenzen kunnen worden ingevoerd.
Een dergelijke maatregel zou dan worden genomen op basis van specifieke
objectieve criteria en een gemeenschappelijke beoordeling, voor een
strikt beperkte toepassing en tijdsduur, met dien verstande dat in
dringende gevallen snel moet kunnen worden opgetreden.
Als vierde en laatste punt zou ik eerste minister Orban willen
gelukwensen met het eerder deze week bereikte akkoord over Frontex, ons
agentschap voor de buitengrenzen, te versterken. Zo kan Frontex nu
bijvoorbeeld verbindingsofficieren in derde landen stationeren --
hetgeen aansluit bij het nieuwe nabuurschapsbeleid. Van nu af aan
zullen de operaties verricht worden door de zogeheten "Europese
grenswachtteams".
Wat Kroatië betreft heeft de Europese Raad vandaag de weg geëffend voor
de toetreding van Kroatië tot de EU als 28ste lidstaat. We verwachten
dat de Raad de toetredingsonderhandelingen zeer spoedig, nog vóór eind
juni, zal afronden. We zouden dan nog vóór het einde van het jaar het
toetredingsverdrag ondertekenen.
De toekomstige toetreding van Kroatië geeft een nieuwe impuls aan de
Europese roeping van de landen van de Westelijke Balkan.
We zien u graag later vanmiddag terug voor een persbijeenkomst met ons
drieën en eerste minister Kosor van Kroatië.
Ten slotte heeft de Europese Raad de heer Mario Draghi per
1 november 2011 benoemd tot president van de Europese Centrale Bank. We
zijn er allen van overtuigd dat de heer Draghi zich een sterk en
onafhankelijk leider van de ECB zal betonen en de traditie van de
eerste twee presidenten zal voortzetten. Dat is een vereiste in gewone
tijden, en onontbeerlijk in moeilijke tijden.
Voordat ik voorzitter Barroso het woord geef, wil ik nogmaals eerste
minister Orban gelukwensen met het uitstekende werk dat hij heeft
verricht gedurende het Hongaarse voorzitterschap van de Raad. We hebben
zeer nauw samengewerkt en ik ben blij dat ik met u kan blijven
voortwerken in de Europese Raad.
European Union